Deze digitale camera is uitgerust met een snel en precies autofocus-systeem. De scherpstelsignalen
in de rechter benedenhoek van de zoeker/monitor geven de scherpstelstatus aan. Kijk voor meer
informatie over scherpstelmethoden op blz. 46.
SCHERPSTELSIGNALEN
SPECIALE SCHERPSTELSITUATIES
Onder bepaalde omstandigheden kan het voorkomen dat een goede scherpstelling niet mogelijk is.
Kan het AF-systeem niet op een onderwerp scherpstellen, dan wordt het scherpstelsymbool rood. In
die situatie kan de scherpstelvergrendeling worden gebruikt om scherp te stellen op een object dat zich
op dezelfde afstand van de camera bevindt als het onderwerp.
35
Kan het AF-systeem nietop het onderwerp scherpstellen, dan kan de scherpstelling worden vergren-
deld op een ander onderwerp op gelijke afstand, of er kan handmatig worden scherpgesteld (blz. 34).
Witte scherpstelaanduiding - scherpstelling in orde.
Rode scherpstelaanduiding - scherpstelling niet mogelijk. Onderwerp is te dichtbij
of een van onderstaande situaties doet zich voor. Fotograferen blijft mogelijk.
Onderwerp binnen
scherpstelkader heeft
te laag contrast.
Onderwerp is te donker. Twee voorwerpen op
verschillende afstanden
tot de camera overlap-
pen elkaar in het
scherpstelveld.
Het onderwerp bevindt
zich dichtbij een zeer
helder onderwerp of
gebied.