34
B
ASISHANDELINGEN OPNAME
SCHERPSTELVERGRENDELING
De scherpstelvergrendeling wordt gebruikt wanneer het onderwerp zich buiten het beeldmidden en bui-
ten het scherpstelveld bevindt. U kunt de scherpstelvergrendeling ook gebruiken voor speciale scherp-
stelsituaties, waarin de autofocus zijn werk niet goed kan doen.
Richt het scherpstelveld op het onderwerp. Druk de ontspan-
knop half in en houd hem in die stand.
• De scherpstelsignalen zullen aangeven dat de scherpstelling
vergrendeld is. Sluitertijd- en diafragma veranderen van wit in
zwart om aan te geven dat ook de belichting vergrendeld is.
•Wanneer de scherpstelling is voltooid verschijnt de AF-sensor
kort in het live-beeld om het scherpstelpunt aan te geven.
Houd de ontspanknop ingedrukt, ga terug naar de oorspron-
kelijke beeldcompositie, en druk de ontspanknop geheel in om
de opname te maken.
AUTOMATISCHE VERSTERKING MONITORBEELD
Bij zeer weinig licht en wanneer de cameragevoeligheid maximaal is verhoogd zorgt de automatische
monitorversterking ervoor dat het beeld van de zoeker en de LCD-monitor toch nog goed zichtbaar is.
Het live-beeld wordt dan dus helderder; al is het dan wel in zwartwit. Dit heeft geen gevolgen voor het
opgenomen beeld. Deze functie kan worden uitgeschakeld in sectie 3 van het opnamemenu (blz. 104).