||
VEILIGHEID
* Optie/accessoire.
56
de airbag, neemt enkele tienden van een
seconde in beslag.
WAARSCHUWING
De veiligheidsgordel en airbag werken
samen. Als de gordel niet of verkeerd
wordt gebruikt, kan dit bij een botsing van
invloed zijn op het effect van de airbag.
Om geen letsel op te lopen wanneer de air-
bag wordt opgeblazen, moet de passagier
zo rechtop mogelijk zitten met de voeten
op de vloer en de rug tegen de rugleuning.
WAARSCHUWING
Volvo adviseert u om voor reparatie contact
op te nemen met een erkende Volvo-werk-
plaats. Een verkeerde ingreep in het airbag-
systeem kan tot een onjuiste werking lei-
den met ernstig letsel als gevolg.
Positie van de airbag aan
passagierszijde
De airbag zit opgevouwen in een ruimte boven
het dashboardkastje. Het paneel is voorzien
van het opschrift AIRBAG.
WAARSCHUWING
Plaats geen voorwerpen vóór of bovenop
het dashboard op de plek waar de airbag
voor de passagiersstoel zit.
Sticker voor passagiersairbag
Sticker op zonneklep aan passagierszijde.
De waarschuwingssticker voor passagiersair-
bag is aangebracht als hierboven.
WAARSCHUWING
Als de auto niet is uitgerust met een scha-
kelaar voor activering/deactivering van de
passagiersairbag (PACOS), is de passa-
giersairbag altijd geactiveerd.
WAARSCHUWING
Laat nooit iemand voor de passagiersstoel
zitten of staan.
Vervoer kinderen nooit in een tegen de rij-
richting in geplaatst kinderzitje op de pas-
sagiersstoel voorin, wanneer de passa-
giersairbag geactiveerd is.
Laat nooit passagiers (kinderen noch vol-
wassenen) op de passagiersstoel voorin
plaatsnemen, als de passagiersairbag
gedeactiveerd is.
Het niet opvolgen van de bovenstaande
aanbevelingen kan aanleiding geven tot
levensgevaarlijke situaties of ernstig letsel.
Gerelateerde informatie
•
Airbags (p. 53)
•
Bestuurdersairbags (p. 54)
•
Passagiersairbag* activeren en deactive-
ren (p. 57)