||
VEILIGHEID
58
2. Bevestig de melding door de O-knop van
de rechter stuurknoppenset in te drukken.
> Een displaytekst en een waarschu-
wingssymbool op de plafondconsole
geven aan dat de passagiersairbag
geactiveerd is.
WAARSCHUWING
Vervoer kinderen nooit in een tegen de rij-
richting in geplaatst kinderzitje op de pas-
sagiersstoel voorin, wanneer de airbag aan
die kant geactiveerd is.
De passagiersairbag moet altijd zijn geacti-
veerd, wanneer er passagiers (kinderen of
volwassenen) op de passagiersstoel voorin
zitten.
Het niet opvolgen van de bovenstaande
aanbevelingen kan aanleiding geven tot
levensgevaarlijke situaties of ernstig letsel.
Passagiersairbag deactiveren
Trek de schakelaar naar buiten en draai
deze vanuit ON naar OFF.
> Op het bestuurdersdisplay verschijnt de
melding
Passagiersairbag uit Graag
bevestigen.
N.B.
Als u de passagiersairbag hebt geacti-
veerd/gedeactiveerd met de auto in con-
tactslotstand I of lager en het contactslot
vervolgens in stand II zet, verschijnt na ca.
6 seconden een melding op het bestuur-
dersdisplay in combinatie met de volgende
indicatie op de plafondconsole.
2. Bevestig de melding door de O-knop van
de rechter stuurknoppenset in te drukken.
> Een displaytekst en een brandend
lampje op de plafondconsole geven aan
dat de passagiersairbag gedeactiveerd
is.
WAARSCHUWING
Laat nooit passagiers (kinderen noch vol-
wassenen) op de passagiersstoel voorin
plaatsnemen, wanneer de airbag aan die
kant gedeactiveerd is.
Het niet opvolgen van de bovenstaande
aanbeveling kan aanleiding geven tot
levensgevaarlijke situaties of ernstig letsel.