VEILIGHEID
}}
55
de airbag, neemt enkele tienden van een
seconde in beslag.
WAARSCHUWING
De veiligheidsgordel en airbag werken
samen. Als de gordel niet of verkeerd
wordt gebruikt, kan dit bij een botsing van
invloed zijn op het effect van de airbag.
Om geen letsel op te lopen wanneer de air-
bag wordt opgeblazen, moet de passagier
zo rechtop mogelijk zitten met de voeten
op de vloer en de rug tegen de rugleuning.
WAARSCHUWING
Volvo adviseert u om voor reparatie contact
op te nemen met een erkende Volvo-werk-
plaats. Een verkeerde ingreep in het airbag-
systeem kan tot een onjuiste werking lei-
den met ernstig letsel als gevolg.
Positie van de stuurairbag
De airbag zit opgevouwen in het midden van
het stuurwiel. Het stuurwiel is voorzien van
het opschrift AIRBAG.
Positie van de knie-airbag
1
De airbag zit opgevouwen onder in het dash-
board aan de bestuurderszijde. Het paneel is
voorzien van het opschrift AIRBAG.
WAARSCHUWING
Plaats of bevestig geen voorwerpen vóór of
op het paneel waar de knie-airbag
geplaatst is.
Gerelateerde informatie
•
Airbags (p. 53)
•
Passagiersairbag (p. 55)
Passagiersairbag
Als aanvulling op de veiligheidsgordel is de
auto voorzien van airbags aan de passagiers-
zijde voorin.
Airbag voor de voorstoel aan passagierszijde.
Bij een frontale botsing helpt de airbag voor-
komen dat de passagier letsel aan hoofd, nek,
gezicht en borstkas oploopt of gewond raakt
aan knieën en benen.
Bij een voldoende krachtige aanrijding reage-
ren de sensoren, die op hun beurt de gasgene-
ratoren van de airbag activeren. De airbags
vangen de klap van de aanrijding op voor de
inzittende. De airbags lopen vervolgens weer
leeg. Daarbij treedt er rookvorming in de auto
op. Dit is volkomen normaal. Het totale ver-
loop, van het opblazen tot het leeglopen van
1
Alleen op bepaalde markten is de auto uitgerust met een knie-airbag.