CARDIO LINE 4000 S/S MED/MED/SP/S SP
CARDIO LINE 4100 S/S MED/MED
Technische en optische wijzigingen, alsmede drukfouten voorbehouden - © 2018 by ERGO-FIT GmbH & Co. KG
Voor het STAIR geldt bovendien dat bij personen met meer dan 60 kg afwijkingen bij de
werkelijke trapsnelheid kunnen optreden.
6.3.7 TRAC
1. U kunt met de loopband zowel snelwandelen alsook snellopen. Let daarbij op een
natuurlijke afrolbeweging en op een gestrekt bovenlichaam.
2. Voordat u met de training begint, stapt u op de loopband. Ga op het voorste gedeelte
van de loopband staan en bevestig het veiligheidskoord. Laat de snelheid van de
loopband langzaam toenemen, zodat u niet struikelt en u langzaam aan de belasting
went. Let erop dat u tijdens de training niet te ver op het achterste gedeelte van de
loopband loopt, omdat hier het risico groot is dat u valt.
3. Bij evenwichtsproblemen kunt u zich aan de leuningen vasthouden. In normale
gevallen dient u deze leuningen echter niet te gebruiken, laat uw armen synchroon
heen en weer zwaaien.
4. Om de belasting anders in te stellen, kunt u de stijgingshoek via de OMHOOGen
OMLAAG-toetsen veranderen (zie hoofdstuk 6.4.1). Bij het TRAC ALPIN kunt u
een stijgingshoek van 0% tot 20% kiezen, bij het TRAC TOUR een stijgingshoek
van -5% tot 15%.
5. Het sturen van de belasting gebeurt nog steeds via de snelheid. U kunt het tempo
willekeurig kiezen (prestatiebereik 0,2 – 25 km/h). Dienovereenkomstig wordt de
loopsnelheid van de loopband door het apparaat geregeld. Stap op het apparaat en
start na de menukeuze met uw individuele, voor u aangename trapfrequentie.
Indien de weerstand voor u te laag is, kunt u de weerstand verhogen door op de
PLUS-toets (zie Hoofdstuk 6.4.1) te drukken. Als de weerstand te hoog is, reduceert
u hem met de MINUS-toets (zie Hoofdstuk 6.4.1). Het is relevant dat u bij uw
individuele trapfrequentie blijft. Vermeid een voortdurend variëren van de
trapfrequentie.
De maximale inschakelduur van de hijsmotor bedraagt 10% en het maximale continubedrijf
ligt bij 1 minuut. Dat betekent voor u dat bij een maximaal continubedrijf van een minuut een
afkoeltijd van 9 minuten noodzakelijk is. Bij oververhitting kan de hijsmotor vastlopen en de
hijsinrichting valt uit. Laat in dit geval de motor afkoelen; de motor functioneert daarna in de
regel weer.
43