{Seite 19}
Vragen over ingrediënten en recepten
Vraag 14
Hoe weet ik wanneer ik rozijnen, noten enz. kan toevoegen aan het
brood?
Het apparaat geeft tijdens de tweede kneedcyclus een geluidssignaal om aan
te geven dat u rozijnen, noten enz. kunt toevoegen. Opmerking: Zie de tabel
van “Bakcyclustijden” voor de ‘toevoegtijd voor noten en rozijnen’.
In sommige gevallen kunnen de ingrediënten worden fijngehakt tijdens de
eerste kneedcyclus. Bij elk recept is aangegeven wat het beste tijdstip is om
vruchten en noten toe te voegen aan het deeg.
Vraag 15
Waarom is mijn brood te nat geworden? Wat kan ik eraan doen?
Vochtigheid kan een nadelige invloed hebben op het brood. Voeg een extra
eetlepel meel toe. Een grote hoogte kan dezelfde invloed hebben. Verminder
de hoeveelheid gist met ¼ theelepel en voeg iets meer suiker en/of
water/melk toe.
Vraag 16
Waarom zitten er luchtbobbels op de bovenkant van mijn brood?
Dit kan zijn veroorzaakt door gebruik van te veel gist. Voeg ¼ theelepel
minder gist toe.
Vraag 17
Waarom rijst mijn brood en zakt het dan in?
Misschien is het brood teveel gerezen. Om het brood minder te laten rijzen,
dient u minder gist en/of meer zout toe te voegen.
Vraag 18
Kan ik de broodbakmachine gebruiken om mijn favoriete
broodrecepten (traditioneel gistbrood) te maken?
Ja, maar u dient wel te experimenteren om achter de juiste hoeveelheid van
de ingrediënten te komen. Maak uzelf eerst vertrouwd met de
broodbakmachine en bak eerst enkele broden voordat u begint met
experimenteren. Gebruik nooit meer dan 5 kopjes droge ingrediënten
(inclusief meel, haver, havervlokken, zemelen). Gebruik de recepten in dit
boek om u te helpen bij het bepalen van de verhouding van de droge
ingrediënten ten opzichte van de vloeistoffen en de hoeveelheden gist,
suiker, zout en olie/boter/margarine. Wij raden u aan om bij het maken van
uw eigen recepten te beginnen met de basisinstelling en daarna de andere
instellingen te proberen, waarbij u de tabel met bakcyclustijden als leidraad
kunt gebruiken.
Vraag 19