1 Voorkeuzezender indicator
Voor het aangeven van de groep (A/B/C/D/E) en het nummer
(1 tot 8) van een voorkeuzezender.
2 Zenderfrekwentie display
Geeft de golfband en de frekwentie of de informatie van de
ontvangen zender aan.
3 AUTO indicator
Licht op wanneer dit apparaat op de automatische
afstemfunctie is ingesteld.
4 ST indicator
Deze licht op wanneer er een FM stereo uitzending met
voldoende signaalsterkte wordt ontvangen.
5 Signaalniveau meter
Geeft het signaalniveau van de ontvangen zender aan. Indien
er reflectievervorming wordt opgevangen, zal de indicatie
terugvallen.
6 MEMO indicator
Wanneer de MEMORY toets wordt ingedrukt, zal deze
indicator gedurende ongeveer 5 seconden gaan knipperen.
Gedurende deze periode kan de zender die op de display
wordt aangegeven met behulp van de A/B/C/D/E toets en een
van de PRESET STATIONS toetsen in het geheugen
geprogrammeerd worden.
7 RDS functie indicators
De naam (namen) van de RDS functie(s) die door de RDS
zender die op dat moment wordt ontvangen gebruikt worden,
licht(en) op. Wanneer de indicator voor aan de naam gaat
branden, geeft dit aan dat de bijbehorende RDS functie nu is
gekozen.
8 EON indicator
Gaat branden wanneer er een RDS zender die gebruik maakt
van de EON-PTY data-service wordt ontvangen.
9 Indicators voor naam van programmatype
De naam die gekozen is in de EON functie licht op.
0 PTY HOLD indicator
Gaat branden tijdens het zenderzoeken in de PTY SEEK
functie.
A EDIT indicator
Gaat knipperen wanneer de EDIT toets voor de eerste keer
wordt ingedrukt wanneer u voorkeuzezenders wilt verwisselen
en licht bij het voor de tweede maal indrukken van de EDIT
toets kortstondig op om aan te geven dat het verwisselen met
succes is uitgevoerd.
111
Nederlands
DISPLAYPANEEL