OPMERKING: De schroef (1) kan, afhankelijk van de uitvoering, ook onder de stuurstang (2) zijn
aangebracht.
L Let erop dat bij zijwaarts draaien van de sturing geen voorwerpen of lichaamsdelen in het
verstelgebied terechtkomen – gevaar voor beknelling!
RUG
De stijve rug is afneembaar ontworpen. Maak de schroeven
(1) los en neem de gevulde rug naar boven uit de houders.
Als u de rug wilt terugplaatsen, geleidt u de rug zo tussen het
rugframe dat de houders van de rug (1) weer in de houders
worden geplaatst. Draai de houders weer handvast.
Voor het gebruik dient u te controleren of de rug stevig in de
houders (1) is bevestigd. Wanneer dit niet zo is, haalt u de
borgschroeven (1) vast aan die de rug verbinden met het
rugframe.
L Voor u de stoel gebruikt, dient u te controleren dat de borgschroeven (1) vast zijn aangehaald.
Anders kan de rug loskomen, wat schade aan de stoel en letsel van de gebruiker kan
veroorzaken.
L Let erop dat aan de rug geen andere lasten worden bevestigd (b.v. rugzak, enz.), omdat de
rolstoel dan kan kantelen.
Wanneer de rug of onderdelen van de rugmodule door slijtage of andere factoren niet meer goed
functioneren, kunt u contact opnemen met de vakhandelaar. Deze zal u graag helpen.
VERSTELLEN VAN DE ZITDIEPTE
De zitdiepte kan door het verschuiven van het rugframe in
verschillende posities worden ingesteld. Draai hiervoor de
schroeven (1) aan beide zijden van het frame los en trek het
rugframe zo ver naar buiten of naar binnen totdat de
gewenste positie is bereikt of totdat de voorziene uitsparingen
over elkaar liggen en de borgschroeven (1) door het frame
kunnen worden gestoken. Zet de schroeven weer handvast
met de eerder losgedraaide moeren.
L De rugleuning mag nooit worden versteld als de
gebruiker in de rolstoel zit.
L Voordat u de stoel gebruikt, dient u te controleren dat
de borgschroeven (1) aan beide zijden van het frame
vast zijn aangehaald. Anders kan de rug loskomen,
wat schade aan de stoel en letsel van de gebruiker
kan veroorzaken.