9
Systeemvlag 117 In deze systeemvlag bepaalt u of de toetsen [ANNULEER],[STORTEN] en [KORTING 1-4]
alleen door de manager in sleutelstand V mogen worden gebruikt.
Wel moet in sleutelstand V eerst de [OPHEF] toets worden ingedrukt.
Systeemvlag 118 In deze systeemvlag bepaalt hoeveel PLU’s per PLU niveau worden gebruikt. De waarde
die u invoert wordt met 10 vermenigvuldigd. Stel dat u de waarde ‘10’ invoert dan worden
10 x 10 = 100 per PLU niveau gebruikt. Zie ook het aparte hoofdstuk over PLU niveau shift
Systeemvlag 121 #5=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert verschijnt de naam van de caissiere in het display als de
caissieretoets bovenop de kassa wordt ingedrukt.
Systeemvlag 134 #3=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert worden de terugboekingen met de [HERSTEL] toets en de
terugboekingen gemaakt in sleutelstand V apart weergegeven.
Systeemvlag 135 #3=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert moet u altijd gebruik maken van een PLU niveau shift toets
voordat u kunt registreren.
Systeemvlag 136 Als de geldlade te lang openstaat als er niet wordt geregistreert kan er na bepaalde tijd een
alarm afgaan. Bijv. als u ‘10’ invoert zal na 30 seconden een alarm afgaan.
Systeemvlag 140 In deze systeemvlag bepaalt u welke caissiere toets automatisch is aangemeld als de
sleutel naar een andere sleutelstand wordt verdraaid. Standaardwaarde = ‘00000001’.
Systeemvlag 142 Om het volledig rapport wat overzichtelijker te maken kunnen er extra teksten worden
afgedrukt boven de diverse financiële gegevens. Deze zijn allemaal m.b.v. deze
systeemvlag te verwijderen uitgezonderd de omschrijving GROEPEN. Wij raden u aan om
de teksten te laten staan i.v.m. de overzichtelijkheid van het rapport.
Systeemvlag 148 #8-3 In deze instellingen bepaalt u of de omschrijvingen ‘naam…….’ en ‘tel………’ worden
geprint na een bepaalde manier van afrekenen (KONTANT, CHEQUE, OP REK. en de
KAARTEN 1 t/m 3). Als u de waarde ‘1’ invoert dan worden de omschrijvingen niet geprint.
Systeemvlag 148 #2=1 Print op de bon voor de stomerij de omschrijving ‘TEL…….’ onderaan op de bon.
Systeemvlag 148 #1=1 Print op de bon voor de stomerij de omschrijving ‘NAAM….’ onderaan op de bon.
Systeemvlag 149 #8=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert wordt op de klantenbon, de kledingbonnen en op de bon
voor de stomerij de tekst ‘AFHAALDAG’ geprint met daarachter de dag van de week.
De bediendes worden gebruikt als afhaaldagen dus eigenlijk is het de naam van de
bediende die op de diverse bonnen wordt geprint.
Systeemvlag 149 #4=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert worden niet de overbodige ‘nullen’ (0) in het railnummer
geprint. Als u de waarde ‘0’ programmeert wordt bijv. railnummer 000015 geprint, voert u
de waarde ‘1’ in dan wordt dit railnummers als 15 geprint.
Systeemvlag 149 #3=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert wordt i.p.v. het bonnummer het aantal keren weergegeven
dat op [RAIL SLUITEN] is gedrukt. Wordt alleen gebruikt bij railnummers.
De standaardwaarde = 0.
Systeemvlag 150 #6=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert wordt op de kledingbonnen de wijze van betalen geprint
Systeemvlag 150 #5=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert wordt onderaan op de bon van de stomerij eerst NAAM….
en TEL…. geprint, daarna de afhaaldag en daarna het railnummer en/of bonnummer.
Als u hier de waarde ‘0’ invoert wordt onderaan op de bon van de stomerij eerst de
afhaaldag geprint, daarna het railnummer en/of bonnummer en daarna NAAM… en TEL….
Systeemvlag 150 #4=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert worden op de bonnen stippelllijnen geprint tussen de
afhaaldag, railnummer en NAAM…./TEL…. zodat de bonnen overzichtelijker worden.
Systeemvlag 150 #3=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert wordt niet de tekst WINKEL KOPIE (SHOP COPY) geprint.
Systeemvlag 151 #6=1 Als u hier de waarde ‘1’ invoert wordt het NRGT-TTL (groot totaal) gereset na het printen
van het Z-Rapport.