19
De geheugenkaart plaatsen
1. Schakel de stroom uit met behulp van de aan/uit-knop.
Open het afdekklepje voor het batterijvak en druk op de
geheugenkaart zoals in de afbeelding wordt aangegeven.
Laat de kaart vervolgens los.
2. Verwijder de geheugenkaart en sluit het klepje voor het batterijvak.
3.
Sluit het klepje van het batterijvak door erop te drukken totdat u een
klik hoort. Als de geheugenkaart niet soepel naar binnen schuift, mag
u geen extra kracht gebruiken om de kaart te plaatsen. Controleer de
plaatsingsrichting en breng de kaart vervolgens op de juiste wijze aan.
Breng de geheugenkaart niet in de verkeerde richting in. Als u dit wel
doet, kan de sleuf voor de geheugenkaart beschadigd raken.
2. Zorg dat de voorkant van de geheugenkaart in de richting van de
voorkant van de camera (lens) en de kaartpinnen in de richting
van de achterkant van de camera (LCD-scherm) wijzen en druk
de geheugenkaart vervolgens in de kaartsleuf totdat u een klik
hoort.
1. Zet de camera uit en trek het klepje voor het batterijvak in de richting
van de pijl om de batterijvak te openen.
De geheugenkaart verwijderen