20
Snel aan de slag
21
BATTERIJ LADEN
Voordat u de camera kunt gebruiken dient u de lithium-ion batterij op te laden. Lees voordat u de
batterij oplaadt de waarschuwingen op blz. 4 van deze gebruiksaanwijzing. Laad de batterij
uitsluitend met de bijgeleverde batterijlader. Het is aan te bevelen de batterij voorafgaand aan elke
opnamesessie op te laden. Kijk op blz. 140 voor informatie over opslag en verzorging van de
batterij.
Houd de batterij met de contacten naar de lader, en breng de
gootjes op de onderzijde van de batterij in lijn met de geleiders
van de lader. Schuif de batterij in de lader.
Steek de netkabel in de lader (1). Steek het andere eind van de
kabel in een stopcontact. De meegeleverde kabel is geschikt
voor de regio waarin de camera werd verkocht. Gebruik de kabel
uitsluitend in de regio van aankoop Meer informatie over het
netsnoer op blz. 113.
Voor verwijderen schuift u de batterij uit de
lader en tilt u hem omhoog. Trek de
stekker uit het stopcontact.
Het lampje (2) geeft aan dat de batterij wordt opgeladen. De
lamp gaat uit wanneer de batterij opgeladen is. De laadtijd is
circa 150 minuten.
BATTERIJ PLAATSEN EN VERWISSELEN
1. Open de batterijruimte door de vergrendeling van de batterijruimte naar de achterzijde van de
camera te schuiven.
2. Plaats de batterij met de contacten naar voren. Schuif de batterij in de batterijruimte totdat de
batterijgrendel vastklikt.
3. Duw om de batterij te verwijderen de batterijgrendel naar de zijkant van de batterijruimte; de
batterij komt nu omhoog.
4. Sluit de batterijruimte zo dat het deksel dichtklikt.
Deze digitale camera maakt gebruik van een NP-400 lithium-ion batterij. Lees voordat u de batterij
gebruikt de waarschuwingen op blz. 4 van deze gebruiksaanwijzing. Bij het verwisselen van de
batterij dient de camera uit te staan.