67
ń
7.7 Schakelen tussen meter en feet (m / ft)
De aanduiding van de reikwijdte in het display van de flitser kan naar keuze in
meters m of in feet ft plaatsvinden. De instelling vindt in het item m / ft plaats.
Het instellen:
•
Druk zo vaak op de toets “SEL’, dat in het display “Select’ wordt aangegeven
.
• Kies met de toetsen UP ̆ en DOWN ̄ het item ‘m/ft’ uit. Het geselecteerde
item wordt tegen een donker balkje getoond.
• Druk op de toets ‘Set’ om de keuze van deze extra functie te bevestigen.
• Stel met de toetsen UP ̆ en DOWN ̄ de gewenste instelling in. De instelling
treedt onmiddellijk in werking.
- Bij de aanduiding ‘m’ worden de afstanden in meters aangegeven.
- Bij de aanduiding ‘ft’ worden de afstanden in feet aangegeven.
• Druk zo vaak op de toets ‘Return’ , dat het display weer naar de normale
weergave terugschakelt. Als u niet op de toets ‘Return’ drukt, schakelt het
display na ong 5 sec. terug naar de normale weergave.
7.8 Hulpreflector
De hulpreflector ቪ dient voor het frontaal ophelderen als de hoofdreflector ቨ
voor indirect flitsen naar de zijkant of naar boven is gezwenkt (zie 10.3).
Is de hoeveelheid licht uit de hulpreflector
ቪ
te groot, dan kan deze tot 1/2, c.q.
1/4 worden verminderd.
• Instelling ‘ Off’ : hulpreflector uitgeschakeld;
• Instelling ‘ P 1 / 1’ : de hulpreflector werkt op vol vermogen;
• Instelling ‘ P1 / 2’: de hulpreflector werkt op half vermogen;
• Instelling ’ P1 / 4’: de hulpreflector werkt op 1/4 van zijn vermogen.
Bij geactiveerde hulpreflector wordt na het opslaan het symbool in het display
aangegeven.
Afhankelijk van het type camera worden bij de flitsen vooraf ter vermin-
dering van het 'rode ogen-effect' deze flitsen afgegeven door de hulpre-
flector, ook als deze niet is geactiveerd
Het instellen:
•
Druk zo vaak op de toets ‘SEL’, dat in het display ‘Select’ wordt aangegeven.
• Kies met de toetsen UP ̆ en DOWN ̄ het item uit. Het geselecteerde item
wordt tegen een donker balkje getoond.
• Druk op de toets ‘Set’ om de keuze van de extra functie te bevestigen.
• Stel met de toetsen UP ̆ en DOWN ̄ de gewenste instelling in. De instelling
treedt onmiddellijk in werking.
• Druk zo vaak op de toets ‘Return’ , dat het display naar de normale weer-
gave terugschakelt. Als u niet op de toets ‘Return’ drukt, schakelt het
display na ong 5 sec. terug naar de normale weergave.
Let ook op de aanwijzingen in paragraaf 10.3!
7.9 Instellicht (ML) ‘Modelling Light’
Bij het instellicht gaat het om een stroboscopisch flitslicht met hoge frequentie. Bij
een duur van ong. 3 seconden ontstaat de indruk van een quasi continu licht.
Met het instellicht kan de lichtverdeling reeds vóór de opname worden beoor-
deeld.
• Bij de aanduiding ‘ML ON’ is het instellicht geactiveerd.
• Bij de aanduiding ‘ML OFF’ is het instellicht gedeactiveerd.
Het instellen:
•
Druk zo vaak op de toets ‘SEL’, dat in het display ‘Select’ wordt aangegeven.
• Kies met de toetsen UP ̆ en DOWN ̄ het item ‘ML’ uit. Het geselecteerde
item verschijnt tegen een donker balkje.
• Druk op de toets ‘Set’ om de keuze van deze extra functie te bevestigen.
• Stel met de toetsen UP ̆ en DOWN ̄ de gewenste instelling in. De instelling
treedt onmiddellijk in werking.
☞
☞