12
H2. SNELHEIDSWEERGAVE: De snelheidsweergave toont de trapsnelheid in mijlen per uur (of kilometers per uur als dat
geselecteerd is).
I2. TRAININGSSTATISTIEKEN: Werkt het trainingsverloop voortdurend bij en toont Afstand, Geklommen afstand, Tempo in minuten
per mijl/kilometer, Verbruikte calorieën/Calorieën per uur, Streefhartslag (voor hartslagprogramma’s), Hartslag (bij iedere training
als de gebruiker de Lifepulse-sensors vasthoudt of de telemetrieband draagt), Duur binnen zone (als dit gekozen is als een
trainingsdoel) en MET’s/Watt (wisselt tussen beide als het gewicht is ingevoerd, anders wordt alleen Watt weergegeven).
Er kan tussen de volgende gegevens heen en weer geschakeld worden: Calorieën, Calorieën per uur, Watt en MET’s. Om de
geschakelde informatie aan te passen drukt u op de gegevensdisplayknop om een ander menu te openen. De vier
keuzemogelijkheden verschijnen met aankruisvakjes. Vinkjes geven aan tussen welke keuzemogelijkheden heen en weer wordt
geschakeld. Als u alleen calorieën wilt weergeven, verwijdert u de vinkjes voor de drie andere keuzemogelijkheden. Als zowel
calorieën als calorieën/uur gewenst zijn, verwijdert u de vinkjes van de twee andere keuzemogelijkheden. Druk nadat u uw keuze
gemaakt hebt op AFSLUITEN. Selecteer ALLES VERBERGEN om alle keuzemogelijkheden te verbergen.
J2. ZOOM: Selecteer deze knop om het niveau, de tijd en de snelheid in een gemakkelijk te lezen scherm te zien. Het trainingsprofiel
is niet zichtbaar als de ZOOM-modus is ingeschakeld.
K2. TIJDSWEERGAVE/VERLOPEN TIJD: Selecteer deze knop om de tijd van de dag te zien, de duur van de training te
veranderen of een andere tijdweergave te kiezen. Om de trainingsduur te veranderen, raakt u VERLOPEN TIJD aan, waarna
u de duur met de pijltoetsen of het numerieke toetsenbord bijstelt en INVOEREN aanraakt. Om de tijdweergave te veranderen
raakt u VERLOPEN TIJD aan, waarna u een andere tijdweergave (RESTERENDE TIJD of VERBORGEN TIJD) kiest en op
INVOEREN drukt.
Om de duur van een training te veranderen zonder het scherm Trainingsverloop te verlaten, gebruikt u de verlichte
PIJLTOETSEN op het bedieningspaneel direct onder VERLOPEN TIJD.
NB: Wanneer u de duur van een training verandert door op de knop VERLOPEN TIJD te drukken, heeft dit geen effect op
de verlopen tijd, daar dit een voortdurende meting is van de tijd die al aan een training is besteed.
L2. KANAAL (ch): Kanaalpictogram voor de optionele Life Fitness aansluitbare tv en iPod. Druk op de verlichte PIJLTOETSEN naast
het kanaalpictogram (ch) om van kanaal te veranderen.
M2. VOLUME: Volumepictogram voor de optionele Life Fitness tv en iPod. Druk op de verlichte PIJLTOETSEN naast dit pictogram
om het volume te wijzigen.
N2. AFKOELING: Trainingsprogramma’s eindigen automatisch met de afkoelingsfase, waarbij het weerstandsniveau wordt verlaagd.
Tijdens deze fase van een training begint het lichaam met de afvoer van melkzuur en andere bijproducten die zich tijdens
de training in de spieren ophopen en mede oorzaak van spierpijn zijn.
Druk op de toets AFKOELING om op elk willekeurig moment gedurende de training naar de afkoelingsfase te gaan. Het
afkoelingsniveau van elke training wordt automatisch aan de prestaties van de betreffende gebruiker aangepast. (De
afkoelingsduur wordt vooraf ingesteld op basis van de duur van de training.) De afkoelingsduur kan worden veranderd
met behulp van de desbetreffende pijltoetsen op het bedieningspaneel. Aan het einde van de afkoeling verschijnt een venster
met een overzicht van de training.
O2. PAUZE: Druk op deze toets om de actuele training te onderbreken. De knop HERVAT TRAINING en de knop AFSLUITEN
verschijnen op het aanraakscherm. U hervat de training door HERVAT TRAINING te selecteren, of beëindigt de training door
AFSLUITEN te selecteren.
P2. MEDIA: Druk op de knop MEDIA voor toegang tot de volgende opties: Life Fitness aansluitbare tv en iPod.
Gebruikers hebben toegang tot de volgende opties voor tv kijken:
KANAALBEDIENINGEN: Gebruik de verlichte PIJLTOETSEN OMHOOG en OMLAAG op het bedieningspaneel naast het
pictogram voor kanaalselectie (ch) op het bedieningspaneel om van kanaal te veranderen.
NUMERIEK TOETSENBORD: Gebruik dit om een nieuwe kanaalkeuze in te voeren.
VORIG KANAAL: Kies deze knop om van het huidige kanaal naar het vorige bekeken kanaal te gaan.
CC (CLOSED CAPTIONING; ondertiteling): Druk op deze knop om ondertiteling in te schakelen.
SAP (SECONDARY AUDIO PROGRAMMING): Druk op deze knop om Secondary Audio Programming in te schakelen.
DEMPEN: Druk op deze knop om het geluid via audio of tv stil te schakelen.
KANAALSELECTIE: Roept het toetsenbord voor kanaalkeuze op.
VOLUME: Gebruik de verlichte PIJLTOETSEN OMHOOG en OMLAAG op het bedieningspaneel naast het volumepictogram
op het bedieningspaneel om het volume te wijzigen.