14
De sleutel (fig. 3) heeft 4 druk-
knoppen:
A - voor het centraal vergrendelen
van de portieren, het inschakelen
van het diefstalalarm en voor de
lokalisatiefunctie;
B - voor het centraal ontgrendelen
van de portieren en het uitschakelen
van het diefstalalarm;
C - voor het ont-/vergrendelen van
de rechter zijschuifdeur;
D - voor het ont-/vergrendelen van
de linker zijschuifdeur.
Als u knopje A even ingedrukt
houdt, wordt de “lokalisatie”-func-
tie ingeschakeld: alle plafondlamp-
jes in het interieur gaan samen met
de richtingaanwijzers branden. Deze
functie wordt door het systeem her-
kend als de afstandsbediening bin-
nen een afstand van 30 meter van de
auto wordt bediend.
Als u nogmaals op knopje B drukt,
wordt de functie “interieurventila-
tie” ingeschakeld: de zijruiten voor
en achter worden volledig geopend
voor toevoer van buitenlucht in het
interieur.
De sleutel is ook uitgerust met een
metalen baard F die in de handgreep
van de sleutel kan worden opgebor-
gen door het indrukken van knopje
E.
Druk nogmaals op knopje E voor
het uitklappen van de metalen
baard.
Wees zeer voorzichtig
bij het indrukken van
knopje E, zodat bij het
uitklappen van de metalen baard
geen verwondingen of beschadi-
gingen ontstaan. Druk het knopje
alleen in als de sleutel ver genoeg
van het lichaam (speciaal de
ogen) en van voorwerpen die snel
beschadigen (bijvoorbeeld kle-
dingstukken) is verwijderd. Laat
de sleutel nooit onbeheerd ach-
ter. Hiermee voorkomt u dat
iemand (dit geldt in het bijzonder
voor kinderen) per ongeluk op
knopje E drukt.
fig. 3
L0B0006b