10
Reiniging en onderhoud
Trek de stekker uit het stopcontact of sluit de stroomtoevoer af, alvorens onderhouds- en
reinigingswerkzaamheden te gaan verrichten.
• Reinig de binnenkant van de koelkast met een vochtige spons met lauw
water en/of een neutraal schoonmaakmiddel. Spoel en droog het apparaat
met een zachte doek. Gebruik geen schuurmiddelen.
• De scheidingselementen mogen niet in water worden ondergedompeld,
maar moeten worden afgewassen met een niet al te vochtige spons.
• Reinig de binnenkant van het vriesvak tijdens het ontdooien.
• Maak de ventilatieroosters en de condensor op de achterkant van het
apparaat regelmatig schoon met een stofzuiger of een borstel.
• Reinig de buitenkant met een met water bevochtigde zachte doek. Gebruik
geen schuurmiddelen of schuursponsjes, noch vlekkenmiddelen (bijv. aceton
en trichloorethyleen) of azijn.
Als u het apparaat langere tijd niet gebruikt
1. Maak de koelkast helemaal leeg.
2. Haal de stekker uit het stopcontact.
3. Ontdooi het apparaat en reinig de binnenwanden.
4. Om de vorming van schimmel, onaangename luchtjes en roest te voorkomen moet de deur van het
apparaat open blijven staan als het gedurende langere tijd niet gebruikt wordt.
5. Het apparaat schoonmaken.
• Maak de binnenkant van het lage temperatuurvak (bij modellen waar dit aanwezig is) schoon tijdens
het ontdooien.
• Reinig de binnenkant van de koelkast met een vochtige spons met lauw water en/of een neutraal
schoonmaakmiddel. Spoel en droog het apparaat met een zachte doek. Gebruik geen
schuurmiddelen.