20
Druk kort op .
Om toegang te krijgen tot de instellingen eerst de
gewenste temperatuur met en op 19,2
instellen and druk aansluitend ca. 6 seconden
op .
Voetpunt instellen
1. Ingestelde waarde aanpassen met of .
2. Met bevestigen.
–+
1. Ingestelde waarde aanpassen met of .
2. Met bevestigen.
–+
1. Ingestelde waarde aanpassen met of .
2. Met bevestigen.
–+
1 = Comfort regelaar (kamerthermostaat
of weersafhankelijke regelaar) voor
toepassing in woningen
Steilheid instellen
Ruimtetemperatuur
invloed instellen
Keuze regelactie
7.9 Instelling stooklijn parameters
(alleen voor de vakman)
2 = Alleen weersafhankelijke regelaar
voor algemene toepassing
– Ingestelde waarde aanpassen met of .
– Met bevestigen.
Navolgende instelling is alleen mogelijk bij
“Keuze regel-actie = 2”.
Instelling zomeruitschakeling bij weersafhankeli-
jke regeling <diff ...>.
– Ingestelde waarde (2-10) wijzigen met of
.
– Met bevestigen.
Toelichting Zomeruitschakeling
De weersafhankelijke regelaar schakelt het ver-
warmingstoestel uit zodra - de buitentempe-
ratuur + ingesteld schakelverschil - boven
de gewenste ruimtetemperatuur tijdens WA-
bedrijf komt.
Voorbeeld
Gewenste ruimtetemperatuur = 22°C
Schakelverschil = 4°C
Verwarming UIT bij een buitentemperatuur gelijk
of hoger dan 18°C.
Zie ook hoofdstuk 7.4 Weersafhankelijke vorstbe-
veiliging
–
+
–+
–+
Prog
Prog
Prog
Prog
Prog