3.14 Maaihoogte
De maaihoogte kan worden ingesteld
van MIN (2 cm/0.8 inch) tot MAX
(6 cm/2.5 inch).
OPGELET: In de eerste weken na een
nieuwe installatie moet de maaihoogte
worden ingesteld op MAX om schade
aan de lusdraad te voorkomen. Hierna
kan de maaihoogte elke week
geleidelijk worden verlaagd totdat de
gewenste maaihoogte is bereikt.
3.14.1 Maaihoogte afstellen
1.
Tik op de horizontale balk en sleep deze
naar de gewenste maaihoogte.
2. Tik op
Opslaan
.
3.15 Werking
In de menu Werking is het mogelijk om
de instellingen te veranderen van de
Weertimer, ECO-modus
en
Spiraalmaaien
.
3.15.1 Weertimer
Met de
Weertimer
kan het product de maaitijd
automatisch aanpassen aan de snelheid
waarmee het gras groeit.
Wanneer de
Weertimer
is geactiveerd, heeft het
product tijd nodig om de optimale maaitijd voor
het betreffende werkgebied te bepalen. Hierdoor
kan het een paar dagen duren voor het maaien
voor de
Weertimer
is geoptimaliseerd.
Het product kan niet langer werken dan de
timerinstellingen. Het is daarom aan te raden om
alleen de tijden uit te schakelen waarop het
product niet moet werken. Andere tijden moeten
beschikbaar zijn voor de
Weertimer
.
Wanneer de
Weertimer
is geactiveerd, is het erg
belangrijk om regelmatig te controleren of de
maaischijf schoon is en de messen in goede
staat zijn. Gras dat rond de maaischijfas is
gedraaid of botte messen kunnen de werking van
de
Weertimer
beïnvloeden.
1. Tik op de Aan/uit-balk om de
Weertimer
in of
uit te schakelen.
Let op: Als de maairesultaten niet naar
tevredenheid zijn, kan de maaitijd worden
aangepast zodat deze langer
(Hoog)
of
korter
(Laag)
is.
3.15.2 ECO-modus
De functie voor de ECO-modus schakelt
automatisch het signaal uit in de begrenzingslus,
de begeleidingsdraden en het laadstation als het
product niet maait. De ECO-modus is geschikt
voor situaties waarin andere draadloze
apparatuur wordt gebruikt die niet compatibel is
met het product, zoals bepaalde ringleidingen of
garagedeuren. Als de ECO-modus is
geactiveerd, knippert het indicatielampje op het
laadstation groen.
In de ECO-modus kan het product alleen in het
laadstation worden gestart en niet in het
werkgebied. In de ECO-modus moet daarom
altijd op de STOP-knop boven op het product
worden gedrukt voordat het product het
laadstation verlaat. Het is niet mogelijk om het
product binnen het werkgebied op een andere
manier te starten. Als u de maaier per ongeluk uit
het laadstation hebt gehaald zonder eerst de
STOP-knop in te drukken, moet u de maaier
weer in het laadstation plaatsen en de STOP-
knop indrukken. Druk vervolgens op de START-
knop om te kunnen starten in het werkgebied.
Let op: Druk in de ECO-modus altijd op de
STOP-knop alvorens het product uit het
laadstation te verwijderen.
1. Tik op de Aan/uit-balk om de ECO-modus in
of uit te schakelen.
3.15.3 Spiraalmaaien
Als het product in een gebied komt en detecteert
dat het gras langer dan gemiddeld is, kan hij het
bewegingspatroon aanpassen naar spiraalvormig
maaien. Dit betekent dat het product dan in een
spiraalvormig patroon gaat maaien om het
gebied met het langere gras sneller te maaien.
Het is mogelijk om de intensiteit van
spiraalvormig maaien in te stellen. Een
gevoeligheid van
Zeer laag/Laag
betekent dat
spiraalvormig maaien minder vaak wordt
toegepast. Een gevoeligheid van
Hoog/Zeer
hoog
betekent dat spiraalvormig maaien vaker
wordt toegepast.
1033 - 001 - 20.02.2019 Installatie - 25