120
NL
De besproeiingscomputer doet volautomatisch de besproeiing
volgens het ingestelde programma en kan dus ook tijdens de
vakantie worden toegepast. In de vroege ochtend of op de late
avond is de verdamping en daarmee het waterverbruik het
kleinst.
Het besproeiingsprogramma wordt op een eenvoudige manier
via de bedieningselementen ingevoerd.
Een besproeiingsprogramma bestaat uit besproeiingsduur,
-cyclus en -starttijd.
Toetsen Functie
1
OK-toets / Neemt de met de - - -toetsen
ingestelde waarden over.
Man.-toets Handmatig (manueel) openen of sluiten
van de waterdoorvoer.
2
-toets Verandert de besproeiingsduur.
3
-toets Verandert de besproeiingscyclus.
4
-toets Verschuift de besproeiings-starttijd.
Bedieningselementen: