23
Rood lampje
Het rode lampje gaat branden zodra de temperatuur in de vriezer meer dan 3 graden
Celcius hoger is dan de op de thermostaat ingestelde temperatuur.
Groen lampje
Het groene lampje brandt zolang de stroomtoevoer van stopcontact naar vriezer in orde is.
Temperatuurregeling
De temperatuur wordt geregeld met de thermostaatknop (fig. 4). Het is belangrijk dat u de
temperatuur gedurende de eerste weken na de ingebruikneming regelmatig controleert
en eventueel bijstelt. De temperatuur moet op min 18 graden Celcius liggen. Een hogere
temperatuur gaat ten koste van de houdbaarheid van de ingevroren produkten, terwijl een
lagere temperatuur meer energie kost.
BELANGRIJK - Meet de temperatuur boven in de vriezer. Hang de thermometer aan
een draadmandje of leg hem tussen de bovenste laag etenswaren.
- Gebruik een goede thermometer van glas. Koel-diepvriesthermome-
ters van kunststof kunnen bij lage temperaturen grote afwijkingen
vertonen.
WAARSCHUWING
Leg geen afgesloten flessen, blikjes of enige andere voorwerpen met koolzuurhou-
dende vloeistoffen in de vriezer, daar deze kunnen ontploffen! Eet voorverpakt
consumptieijs (ijslollies en andere vormen van handijs) niet onmiddellijk nadat het uit
de vriezer komt, omdat daardoor uw lippen kunnen worden beschadigd.
N.B.
Soms is het moeilijk om het deksel een tweede keer te openen als het kort tevoren ge-
opend is geweest. Dit is te wijten aan het feit dat warme lucht die de vrieskist binnendringt
tijdens het afkoelen krimpt en zodoende in de kist een onderdruk creëert. Na verloop van
tijd verdwijnt die onderdruk en kan het deksel opnieuw probleemloos worden geopend.
Indien gewenst kunt u het deksel openen voordat de onderdruk is verdwenen: gebruik da-
arvoor een dun, niet scherp voorwerp dat u aanbrengt tussen de kist en het afdichtrubber
van het deksel.
Invriezen
Schakel 24 uur voordat u levensmiddelen invriest het invriescontact in. Leg de in te vrie-
zen levensmiddelen na verloop van die periode nauw tegen de binnenwanden van de
vriezer aan, waarbij direct contact tussen in te vriezen en al ingevroren levensmiddelen
dient te worden vermeden. Na 24 uur zijn de waren ingevroren.
Schakel het invriescontact weer uit en stel vervolgens de thermostaatknop zo in dat in de
vriezer een temperatuur van min 18 graden Celcius wordt bereikt. Vries nooit teveel tege-
lijk in, maar houdt u aan de in het bijgeleverde schema opgegeven hoeveelheden.
Ontdooien
Schakel de invriesschakelaar ongeveer 24 uur vóór het geplande leegmaken van de vrie-
zer in. Hierdoor daalt de temperatuur tot ongeveer min 25 graden Celcius, zodat de
levensmiddelen een extra koudereserve opdoen en buiten de vriezer kunnen worden
bewaard tijdens het ontdooien/schoonmaken. Verpak de levensmiddelen in een gewat-
teerde deken of ander isolerend materiaal om ontdooien te voorkomen.
Schakel vervolgens de vriezer uit en verwijder de rijplaag met de bijgeleverde schraper of
een andere schraper van zacht materiaal (hout, kunststof). Gebruik nooit een metalen
schraper! Open de dooiwaterafvoer en zet er een bakje onder (gebruik eventueel het uit-
neembare tussenschot.
Maak vervolgens de vriezer schoon met een sopje van zachte zeep en maak hem goed
droog. Schakel de diepvriezer weer in. Plaats de diepvriesprodukten pas terug na onge-
veer twee uur.
De plasticschraper bevindt zich in de beschermkap van de dekselverlichting. Trek de schra-
per los in de richting van de pijl (naar boven).