Waarschuwing richtingaanwijzers
Het signaal waarschuwing
richtingaanwijzers klinkt wanneer de linker
of de rechter richtingaanwijzer aan staat
en er meer dan ongeveer 3,2 km wordt
gereden.
Parkeerverlichting één zijde
Het signaal parkeerverlichting één zijde
klinkt wanneer de parkeerverlichting aan
één zijde is geactiveerd.
Home safe
Het signaal waarschuwing home safe klinkt
wanneer de home safe verlichting is
geactiveerd.
Herinneringssysteem
veiligheidsgordel
Het signaal waarschuwing
herinneringssysteem veiligheidsgordel
klinkt wanneer de veiligheidsgordel aan
bestuurders- en/of passagierszijde niet is
vastgegespt en de voertuigsnelheid hoger
is dan ongeveer 25 km/u.
Alarmwaarschuwing
Het signaal alarmwaarschuwing klinkt
wanneer de auto wordt ontgrendeld met
de mechanische sleutel en niet met de
sleutel met afstandsbediening. Het signaal
klinkt maximaal 12 seconden tot de
ontgrendelknop van de sleutel met
afstandsbediening wordt ingedrukt of een
correct gecodeerde sleutel in het
contactslot wordt geplaatst die naar stand
II of III wordt gedraaid. Als voor deze
gebeurtenis 12 seconden verstrijken klinkt
het voertuigalarm.
Waarschuwing sleutel in
contactslot
Het signaal waarschuwing sleutel in
contactslot klinkt wanneer de sleutel in
het contactslot wordt geplaatst (maar niet
naar stand II of III wordt gedraaid) en het
bestuurdersportier wordt geopend.
Warschuwing te hoge snelheid
Het signaal te hoge snelheid klinkt wanneer
de aangegeven voertuigsnelheid hoger is
dan ongeveer 120 km/u.
Waarschuwing laag
sproeiervloeistofpeil
Het signaal waarschuwing laag
sproeiervloeistofpeil klinkt wanneer het
sproeiervloeistofpeil in het
sproeierreservoir te laag is.
Waarschuwing gemiste
vergrendeling
Het signaal waarschuwing gemiste
vergrendeling klinkt wanneer het portier
niet wordt vergrendeld nadat de
vergrendelknop is ingedrukt.
N.B.: Deze functie is standaard
uitgeschakeld. Neem contact op met de
Ford dealer om deze functie in te schakelen.
66
Instrumentenpaneel
