123
Wijzigingen of
reparaties aan de
elektrische installatie die niet
correct zijn uitgevoerd en
waarbij geen rekening wordt
gehouden met de technische
systeemgegevens, kunnen
storingen in de werking en zelfs
brand tot gevolg hebben.
WAARSCHUWING
In halogeenlampen
bevindt zich gas onder
druk. Als ze breken, kunnen er
glassplinters wegschieten.
WAARSCHUWING
Raak alleen het metalen
gedeelte van
halogeenlampen aan.
Het aanraken van de bol met de
vingers kan de lichtopbrengst en
de levensduur van de lamp
reduceren. Als de bol per
ongeluk toch wordt aangeraakt,
moet hij worden
schoongewreven met een doekje
gedrenkt met alcohol en
vervolgens laten drogen.
Laat de lampen bij
voorkeur vervangen
door een dealer van een
Fiat Servicenetwerk. De correcte
werking en regeling van de
buitenverlichting zijn van
fundamenteel belang voor de
rijveiligheid en is bovendien een
wettelijke vereiste.
– Controleer alvorens een lamp te
vervangen of de contacten zijn
geoxideerd.
– Vervang defecte lampen door
exemplaren van hetzelfde type en
vermogen.
– Controleer na vervanging van een
lamp altijd de hoogte van de
lichtbundel van de koplampen.
TYPEN LAMPEN
Het voertuig is uitgerust met
verschillende typen gloeilampen fig. 119:
A. Volglas lampen
Lampen met klemmontage.
Trek om te verwijderen.
B. Lampen met bajonetsluiting
Druk deze lamp iets in en draai
linksom om hem uit de houder te
verwijderen.
C. Buislampen
Maak de lamp uit zijn contacten los
om hem te verwijderen.
D-E. Halogeenlampen
Haak de borgveer los om de lamp
uit de zitting te verwijderen.
EEN LAMP
VERVANGEN
ALGEMENE INSTRUCTIES
– Als een lamp niet functioneert,
controleer dan of de betreffende
zekering is doorgebrand alvorens
de lamp te vervangen.
– Om de zekeringen te vinden
wordt verwezen naar de paragraaf
“Zekeringen vervangen” in dit
hoofdstuk.