122
10) Monteer het wieldeksel (daar
waar aanwezig) en zorg dat het
grootste gat A-fig. 117 over de
reeds gemonteerde wielbout
valt.
11) Plaats de resterende 3 bouten.
12) Draai de bouten vast met de
meegeleverde sleutel.
13) Breng het voertuig omlaag met
de wielsleutel en verwijder de
krik.
14) Draai de wielbouten om de
beurt en diametraal vast, de
juiste volgorde is aangegeven in
het schema in fig. 118.
15) Draai de krik helemaal naar
beneden en verwijder de slinger.
16) Zet de slinger terug op zijn
plaats.
17) Plaats de lekke band in de
houder voor het reservewiel en
draai de ringmoer vast.
fig. 117
F0X0098m
fig. 118
F0X0099m
18) Plaats de krik en het
gereedschap in hun houders en
maak ze met de betreffende
bevestigingssystemen vast.
BELANGRIJK Laat de lekke band zo
snel mogelijk repareren en plaats
hem terug op het voertuig om zo
weinig mogelijk met het reservewiel
te rijden.
BELANGRIJK Controleer regelmatig
de bandenspanning, ook van het
reservewiel.