207
LAMPJES EN
BERICHTEN
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
ONDERHOUD
EN ZORG
Ruitenwisserbladen vervangen
fig. 15
Aanwijzingen voor het losmaken van het
wisserblad:
❒
til de wisserarm A van de voorruit;
❒
draai het wisserblad B 90° ten op-
zichte van de pen C, die zich aan het
uiteinde van de wisserarm bevindt;
❒
trek het wisserblad los van de pen C.
Aanwijzingen voor het plaatsen van het
wisserblad:
❒
plaats de pen C in het gat in het
middelste deel van het wisserblad B;
❒
plaats de wisserarm met het wisser-
blad op de voorruit.
fig. 15
F0M0161m
Wisserblad achter
vervangen fig. 16
Ga als volgt te werk:
❒
kantel het dopje A omhoog, draai de
moer B los, waarmee de wisserarm
aan de as is bevestigd, en neem de
arm van de as;
❒
plaats de nieuwe wisserarm in de
juiste stand en draai de moer zorgvul-
dig vast;
❒
kantel het dopje naar beneden.
fig. 16
F0M0162m
RUITENSPROEIERS
Voorruit (ruitensproeiers) fig. 17
Als de ruitensproeiers niet werken,
controleer dan eerst het niveau in het
ruitensproeiertankje (zie de paragraaf
“Niveaus controleren” in dit hoofdstuk).
Controleer vervolgens of de ruiten-
sproeiermonden niet verstopt zijn. Deze
kunnen zonodig met een speld worden
doorgeprikt.
De stralen van de ruitensproeiers kunt u
richten door de sproeiermonden af te
stellen.
De stralen moeten op ongeveer
1
/
3
van
de bovenkant van de ruit worden
gericht.
fig. 17
F0M0163m