BELANGRIJK Het is niet mogelijk lekken
aan de zijkanten van de band te repare-
ren. Bovendien is het permanent afdich-
ten van lekken op het loopvlak op min-
der dan 25 mm van de zijkant van de
band niet gegarandeerd. Daarom moe-
ten vooral de zijkanten van de banden
goed gecontroleerd worden.
BELANGRIJK Gebruik de reparatieset
niet als de band beschadigd is geraakt
door het rijden met een lege band.
fig. 12
F0G0086m
130
LAMPJES EN
BERICHTEN
ONDERHOUD
EN ZORG
TECHNISCHE
GEGEVENS
ALFABETISCH
REGISTER
DASHBOARD
EN BEDIENING
VEILIGHEID
STARTEN
EN RIJDEN
NOOD-
GEVALLEN
FIX & GO (SNELLE
BANDENREPARATIESET)
De auto kan zijn uitgerust met de snelle
bandenreparatieset Fix & Go.
De reparatieset is in een daarvoor
bestemde houder A-fig. 11 in de baga-
geruimte geplaatst en bevat:
❒
gereedschap B voor het verwijderen
van het ventiel;
❒
een compressor C met manometer
en verbindingsstukken;
❒
een spuitbus D met afdichtvloeistof,
een vulbuis en een sticker met het
opschrift “MAX 80 km/h”, die na het
repareren van het wiel op een voor
de bestuurder goed zichtbare plaats
moet worden aangebracht (op het
dashboard);
❒
een “tuitje” E waaraan de vulbuis kan
worden bevestigd.
BELANGRIJK Als u een lekke band krijgt,
kan de band gerepareerd worden als de
diameter van het lek niet groter is dan 4
mm.
fig. 11
F0G0239m
In fig. 12 wordt weergegeven:
A gebied van de band dat gerepareerd
kan worden (gaten of beschadigingen
met een diameter van max. 4 mm);
B gebied dat NIET gerepareerd kan
worden.