■ De afstand tussen lade A en de kookplaat
moet minimaal 10 mm bedragen of plaats
een vaste blende. Bij een vaste blende
hoeven geen extra aanpassingen voor
beluchting te geschieden (zie figuur 9).
Figuur 9: Lade onder de kookplaat
Attentie
Let er op dat de aansluitkabels vrij hangen. Is
er een lade onder de inductiekookplaat, zorg
er dan voor dat de lade niet boven de rand
gevuld is om de beluchting niet te
belemmeren.
Installatie van de inductiekookplaat boven een
combitron, magnetron of oven.
Figuur 10
e
Zaag de beluchtingsopening(en) uit zodat de
totale oppervlakte van de gaten minimaal
100 cm
2
is. Zie bijvoorbeeld figuur 10 met
twee gaten van 50 cm
2
.
r
Plaats een schermplaat tussen de oven en de
kookplaat. De plaat moet minimaal 10 mm dik
zijn en hittebestendig (85 °C). De ruimte
tussen de onderzijde van de kookplaat en
schermplaat moet minimaal 50 mm bedragen.
t
Plaats, voor afscherming van de luchtstroom,
een schermpaneel, van het zelfde materiaal als
de schermplaat, tussen de schermplaat en de
kookplaat.
Ontluchting vindt plaats via de
naastliggende kasten.
Figuur 11
Figuur 12
INSTALLATIE
15
14
INSTALLATIE
Installatie
Alleen een erkend elektrotechnisch installateur
mag dit toestel aansluiten!
De installatie dient te geschieden volgens de
geldende nationale en lokale voorschriften.
Schade ontstaan door verkeerd aansluiten of
verkeerd inbouwen valt niet onder de garantie.
Veiligheidsvoorschriften
Voor een goede werking van het toestel is het
volgende van belang:
■ Dat er voldoende ventilatie aanwezig is
voor het koelen van de kookplaat; een en
ander volgens de in dit hoofdstuk
gespecificeerde mogelijkheden.
■ De ventilatielucht die de kookplaat aanzuigt
mag niet warmer zijn dan 35 °C. Houd hier
rekening mee als u een oven onder de
kookplaat inbouwt.
■ Dat de aansluitkabel vrij hangt en niet door
een lade aangestoten wordt.
■ Het aanrechtblad moet minimaal 2,8 cm en
mag maximaal 5 cm dik zijn.
■ Dat het aanrechtblad vlak is.
■ Als de kookplaat dichter dan 40 mm bij een
achter- of zijwand wordt geïnstalleerd
moet deze wand van hittebestendig
materiaal zijn.
Inbouwmaten en beluchting
Figuur 7: Inbouwmaten
De elektronica in het toestel heeft koeling nodig.
Hiervoor is de kookplaat aan de onderzijde
voorzien van ventilatieopeningen. Door deze
openingen moet koele lucht aangezogen en
uitgeblazen kunnen worden. Om deze koele lucht
te kunnen aanzuigen moet u enkele wijzigingen
aanbrengen in het keukenmeubel.
■ Zaag de ontluchtingsopeningen (min. 100 cm
2
)
uit. Ontluchting vindt plaats via plint en
achterzijde kast (zie figuur 8).
Figuur 8: Ontluchtingsopeningen
■ Bij inbouw boven een lade moet er aan de
voorzijde een spleet gemaakt worden van
minimaal 560 x 6 mm voor de beluchting (zie
figuur 9). Let op: een lade mag de
ventilatieopeningen aan de onderzijde van
het toestel niet afsluiten.
min.
min.
min.