15
Een was doen
Alvorens de machine de eerste keer te laten wassen
adviseren wij 2 liter water te gieten in het vak
van de wasmiddellade. Laat vervolgens bij een lege
machine op 60 °C het katoenprogramma draaien,
zodat eventuele fabricageresten uit de trommel en
de kuip worden verwijderd.
Giet een halve maatbeker wasmiddel in het vak voor
het hoofdwasmiddel en schakel de machine in.
1. De trommel met wasgoed vullen
Open de vuldeur. Doe het wasgoed stuk voor stuk in
de trommel; schud het eerst zo goed mogelijk uit.
Sluit de vuldeur.
2. Wasmiddel doseren
Trek de wasmiddellade zo ver mogelijk naar buiten.
Meet de door de fabrikant aanbevolen hoeveelheid
wasmiddel in een maatbeker af en doseer dit in het
vak hoofdwasmiddel .
Als u ook wilt voorwassen of inweken, doseer dan
wasmiddel in het daartoe bestemde vak .
3. Wasverzachter doseren
Doseer indien gewenst wasverzachter in het vak ,
zonder het “MAX”-teken te overschrijden.
4.De machine in- en uitschakelen
Draai de programmakiezer op het gewenste
programma om de machine in te schakelen. Zet de
programmakiezer terug op “O” om de machine uit te
schakelen.
5.Het gewenste programma
selecteren
Draai de programmakiezer in de gewenste positie:
het lampjes die corresponderen met de
verschillende fasen die samen het geselecteerde
programma vormen, lichten op.
De duur van het programma verschijnt in het display.
6.De temperatuur selecteren
Druk op de toets “Temp” als u een temperatuur
wilt selecteren die afwijkt van de door de machine
voorgestelde temperatuur. Het desbetreffende
lampje licht op.