8.1.5 CASCADE OPSTELLING
HW-ketels en tanks kunnen in een aantal mogelijke combinaties in cascade worden geïnstalleerd volgens de
onderstaande instructies.
"LET OP:
Indien de installatie zo wordt uitgelegd dat er onderdruk (Pabs<1 bar; Patm<0 bar)
in de tank kan ontstaan, dient er een beluchter (niet afsluitbaar) gemonteerd te
worden tussen de inlaatcombinatie en de tank."
Raadpleeg altijd uw leverancier voor de installatie van gecascadeerde ketels en tanks.
Alle vereisten met betrekking tot buisdiameters en -lengtes en pompselectie moeten worden bere-
kend. Hierdoor verbetert u de goede werking en de levensduur van uw HW-installatie.
Gebruik altijd het Tichelmann-systeem om meerdere ketels en / of tanks aan te sluiten.
Verklaring:
A) Drinkwaterinlaat
B) Warmwater levering (circulatie, indien van toepassing)
C) Circulatieleiding retour
1. Drukreduceerventiel (verplicht bij te hoge waterdruk)
2. Inlaatcombinatie met afsluiter (verplicht)
3. Pas filter toe indien nodig (aanbevolen)
4. Een geschikte veiligheidsventiel moet bij de ketel ge-
monteerd worden (verplicht)
Dit ventiel mag nooit door middel van een afsluiter van
de ketel geïsoleerd worden
5. De EWD tank heeft een voor gemonteerde sensor.
Plaats indien nodig bij andere tanks een buissensor in
de tank op 1/5 vanaf de bodem (noodzakelijk)
6. Aftap kraan (aanbevolen)
7. Warm- en koud water mengkranen
8. Buis temperatuursensor