5
De watertank voorbereiden (voor het bevochtigen)
1. Haal de watertank eruit en verwder de dop.
Houd de greep stevig
vast en trek terwl u
op de hendel duwt
Greep
Watertank
Hendel
Dop
2. Vul de watertank met kraantjeswater en sluit de
dop.
Aandacht
De volgende vloeistoffen mogen niet in de watertank worden gedaan.
• Warm water (40ºC of warmer), etherische olie, chemische stoffen,
onzuiver water, aromatische stoffen, schoonmaakproduct, enz.
Deze vloeistoffen kunnen vervorming van de eenheid of een
slechte werking veroorzaken.
• Water van een waterzuiveraar, geïoniseerd alkalinewater, mineraal
water, bronwater enz.
Deze vloeistoffen kunnen leiden tot de ontwikkeling van schimmel
of bacteriën.
• Doe dit op een plaats waar water morsen geen problemen
kan veroorzaken.
• Reinig de watertank door een kleine hoeveelheid water
erin te schudden voordat u de watertank met water
vult.
• Voor de onderhoudsprocedure, raadpleeg
►
Pagina 24
.
Schroef de dop stevig
vast op de watertank.
Als u dit niet doet, kan
er water lekken.
U kunt water vullen
tot aan de hals
• De watertank weegt zwaar als die vol water zit. Houd de
watertank met beide handen stevig vast wanneer u die
draagt.
• Vermd om de klep in het midden van de dop aan te raken.
Anders gaat het water in de watertank lekken.
• Na het dichtschroeven van de dop draait u de
watertank ondersteboven (zodat de dop naar beneden
is gericht) om te controleren of die niet lekt.
Klep
[Van onderaan gezien]
De klep in het midden
van de dop niet aanraken
3. Plaats de watertank in de eenheid.
• Houd de greep vast en plaats de watertank in het
bevochtigercompartiment.
1
Inbrengen
2
Duw de hendel volledig naar
beneden tot u een klikgeluid hoort
Watertank
Bevochtigercompartiment
Aandacht
Wanneer er water in het bevochtigercompartiment achterblijft,
veroorzaakt dit het ontstaan van vieze geurtjes en ophoping van
vuil. Zorg er daarom voor dat alle achtergebleven water in het
bevochtigercompartiment wordt afgelaten telkens u de watertank
opnieuw vult.
Als er vieze geurtjes of vuil aanwezig is, raadpleeg
►
Pagina 25
.
4
De eenheid plaatsen
Minstens op
100cm afstand
tot het plafond
Minstens op
30 cm afstand
tot de muur
Luchtstroom
Minstens op
10cm afstand
tot de muur
Minstens op
30 cm afstand
tot de muur
Aandachtspunten voor een goede plaatsing
• Kies een positie waar de luchtstroom alle zones van de kamer kan
bereiken.
• Plaats op een stabiel oppervlak. Als de eenheid op een onstabiel
oppervlak wordt geplaatst, kunnen trillingen veroorzaakt door de
eenheid worden versterkt.
• Als interferentie van het voedingscircuit vanbinnen in de eenheid of
kabels storingen van de beelden op het televisiescherm veroorzaken
of statisch geluid van radio’s of stereo-installaties in de buurt, dan
moet u de eenheid minstens 2 m uit de buurt van het apparaat
verplaatsen.
Houd draadloze telefoons en klokken met afstandsbediening
eveneens uit de buurt van de eenheid.
Aandacht
• Om de vorming van vlekken op de muren te vermden, plaatst u de eenheid volgens de positiemetingen in de afbeelding. Merk echter op
dat bepaalde soorten muren toch vuil kunnen worden, zelfs als u de afstanden respecteert, omdat de eenheid vuile lucht aanzuigt.
In dergelke gevallen moet u ervoor zorgen dat er voldoende afstand is tussen de eenheid en de muur.
• Wanneer de eenheid lange td op dezelfde locatie wordt gebruikt, kunnen de vloer en de muren rondom vlekken gaan vertonen omdat er
lucht wordt aangezogen naar de luchtinlaten nab de basis van de eenheid. Het is aanbevolen om regelmatig te reinigen.