38
druk.
- Wij raden aan het toestel onmiddellijk te
reinigen, telkens wanneer u klaar bent met
het gebruik ervan.
- Reinig de apparatuur geregeld met een
vochtige doek en wat zachte zeep. Gebruik
geen bijtende producten of oplosmiddelen;
deze zouden de plastic delen van de
apparatuur kunnen aantasten. Zorg ervoor
dat er geen water in het toestel kan sijpelen.
8.2 Luchtlter (afb. 10-11)
Gelieve eveneens de service-informatie te
lezen.
- Reinig de luchtlter met gezette
intervallen, en vervang deze indien nodig.
- Verwijder de bevestigingsbout aan de lucht
Filterbekleding (Fig.10).
- Verwijder de lterelementen (afb. 11).
Belangrijk!
Gebruik geen bijtende reinigingsmiddelen of
benzine om de elementen te reinigen.
- Reinig de elementen door er op een plat
oppervlak klopjes op te geven. In geval van
hardnekkig vuil reinigt u eerst met zeepsop
en spoelt u vervolgens na met helder
water en laat u ze aan de lucht drogen.
- Zet achterstevoren weer samen.
8.3 Bougie (afb. 9)
Controleer de bougie (item 18) op vuiligheid
en afzetting na 50 uur gebruik en maak
hem indien nodig schoon met een koperen
draadkwast. Voer vervolgens onderhoud van
de bougie uit na elke 50 uur bediening.
- Trek de kous van bougie door eraan te
draaien.
- Verwijder de bougie door middel van de
meegeleverde sleutel voor bougies.
- Zet achterstevoren weer samen.
8.4 De olie verversen en het oliepeil
controleren (alvorens de machine te
gebruiken) (afb.12- 14)
De motorolie kan het beste worden ververst
wanneer de motor op bedrijfstemperatuur is.
- Gebruik enkel motorolie (15W40/<0
o
C:
5W30)
8.4.1 Olie bijvullen. (B12)
Open de olievulplug door deze los te
schroeven (8).
Voeg exact 0,6 l motorolie toe via een oliekan.
Of raadpleeg de inhoud in par. 8.4.2.
Schroef de olievulplug weer vast.
8.4.2 Oliepeil controleren. (B13)
Plaats de generator op een licht hellend
oppervlak, zodat de peilstok zich op een
goede positie bevindt.
Schroef de olievulplug los en veeg de olie van
de peilstok.
Plaats de peilstok terug, maar zonder de
schroef aan te brengen.
Belangrijk:
schroef de markeerstick niet naar binnen om
het oliepeil te controleren; voer hem gewoon
in tot aan de draad.
Controleer de peilstok; zorg dat het oliepeil
tussen de markeringen "H" en "L" ligt.