73
Nadrogen
Is het wasgoed na beëindiging van het droogprogramma nog te voch-
tig, dan kan door instellen van een korte droogtijd nagedroogd worden.
Droogprogramma opnieuw instellen.
Voorzichtig! Om kreukvorming en krimpen te vermijden, wasgoed
niet te droog laten worden.
Drogen
Alleen drogen
Belading:
- witte/bonte was max. 3 kg
- kreukherstellend goed max. 2 kg
Tijdens het drogen moet de waterkraan geopend zijn en moet de af-
voerslang in een gootsteen of badkuip hangen.
Droogprogramma kiezen, afhankelijk van textielsoort.
Bij drogen met tijdsinstelling toets DROOGTIJD zo vaak
indrukken, tot de gewenste droogtijd in het multidisplay
wordt aangegeven.
Bij elektronisch drogen de betreffende toets indrukken,
tot de gewenste droogheidsgraad (EXTRADROOG, KAST-
DROOG of STRIJKDROOG) ingesteld is: het betreffende
lampje brandt.
. Apparaat starten door toets START/PAUZE in te drukken.
Aan het einde van het programma de programmakiezer op UIT/O
draaien.
Wasgoed uit de machine nemen.
Voordat u gaat drogen