13
J Voyant de contrôle de la tension réseau (vert)
K. Touche MARCHE/ARRET du réfrigérateur
L. Touche de réglage de la température (pour températures plus chaudes)
M. Indication de température du réfrigérateur
N. Touche de réglage de la température (pour températures plus froides)
O. Indication d'activation de la fonction COOLMATIC (jaune)
P. Touche COOLMATIC
Bandeau de commande du compartiment
réfrigérateur
Touches de réglage de la température
Le réglage de la température se fait à l’aide des touches «L» (PLUS CHAUD)
et «N» (PLUS FROID).
Les touches sont en relation avec l’indicateur de température.
• Lorsqu’on appuie sur une des deux touches «L» (PLUS CHAUD) ou «N» (PLUS
FROID), l’indicateur de température passe de l’affichage de la température
REELLE (l'indication de température s'allume) à l’affichage de la températu-
re de CONSIGNE (l'indication de température clignote).
• A chaque pression supplémentaire sur une des deux touches, la températu-
re de CONSIGNE est modifiée de 1 °C. La température CONSIGNE doit être
atteinte dans les 24 heures.
• Si on n’actionne aucune touche, l’indicateur de température affiche à nou-
veau la température REELLE après un bref délai (env. 5 s).
48
De temperatuurindicatie geeft de temperatuur aan die op dat moment
werkelijk in de diepvriezer heerst. De WERKELIJKE temperatuur wordt met
brandende cijfers aangegeven.
Temperatuurindicatie
De temperatuurindicatie kan meerdere soorten informatie aangeven.
• Bij normaal gebruik wordt de temperatuur aangegeven die op dat moment
in de diepvriezer heerst (WERKELIJKE temperatuur).
• Tijdens de temperatuurinstelling wordt knipperend de op dat moment inge-
stelde diepvriezer temperatuur aangegeven (GEWENSTE temperatuur).
In gebruik nemen - temperatuur instellen
1. Stekker in stopcontact steken.
2. Toets Vriezer ON/OFF indrukken. Het groene lichtnetlampje gaat branden.
Het alarmcontrolelampje (F) knippert zodra de ingestelde temperatuur
bereikt worden. Het geluidsalarm wordt ingeschakeld.
3. Druk op de toest “G” om het geluidsalarm uit te schakelen.
4. Druk op de toetsen „C“ of „E“ .De temperatuurindicatie schakelt om en geeft
knipperend de op dat moment ingestelde GEWENSTE temperatuur aan.
5. Gewenste temperatuur door indrukken van de toetsen „C“ en „E instellen
(zie hoofdstuk "Toetsen voor temperatuurinstelling"). De temperatuurindi-
catie geeft direct de gewijzigde instelling aan. Met elke druk op de toets
wordt de temperatuur 1 °C hoger ingesteld.
Uit voedingswetenschappelijk standpunt is -18 °C voor de diepvriezer koud
genoeg als bewaartemperatuur.
6. Het alarmcontrolelampje wordt uitgeschakeld zodra de ingestelde tempera-
tuur bereikt worden. Druk op de alarmtoers om het geluidsalarm uit te
schakelen.
FROSTMATIC
De FROSTMATIC-functie versnelt het invriezen van verse levensmiddelen en
beschermt tegelijkertijd de reeds ingevroren waren tegen ongewenste
verwarming.
1. Door te drukken op de FROSTMATIC toets wordt de FROSTMATIC-functie
ingeschakeld. Het gele lampje gaat branden.
Als de FROSTMATIC-functie niet handmatig beëindigd wordt, schakelt de
elektronica van het apparaat de FROSTMATIC-functie na 48 uur uit. Het gele
lampje gaat uit.
2. De FROSTMATIC toets te drukken kan de FROSTMATIC-functie te allen tijde
handmatig beëindigd worden. Het gele lampje gaat uit.