16
Onderhoud
Voordat u welke onderhoudshandeling dan ook verricht, de stekker
uit het stopcontact trekken.
WAARSCHUWING
Dit apparaat bevat koolwaterstoffen in de koeleenheid. Onderhoud en
herladen mag alleen uitgevoerd worden door bevoegde technici.
Ontdooien
Een deel van het vocht uit de koelruimte wordt tijdens het gebruik in de vorm
van ijs of rijp afgescheiden.
Dikke lagen ijs en rijp hebben een isolerend effect. Het koelvermogen wordt
minder, de temperatuur stijgt, er is meer energie nodig en als ijs of rijp te dik
worden, kan de deur van de vriesruimte niet meer open, de deur kan zelfs
kapotgaan.
Bij dit type apparaat gebeurt het ontdooien van de koelruimte automatisch,
zonder dat u daaraan iets hoeft te doen.
De thermostaat onderbreekt regelmatig de werking van de compressor. Het
koelen wordt dan onderbroken, de temperatuur in de koelruimte stijgt en het
ontdooien begint. Na het ontdooien start de thermostaat het koelen weer.
Het dooiwater loopt via het dooiwaterafvoergootje in het condensbakje
bovenop de compressor en verdampt
door de warmte.
Controleer regelmatig of het
dooiwaterafvoergootje niet
verstopt is. Als het afvoergootje
verstopt is, kan het dooiwater
schade veroorzaken aan de isolatie
van het apparaat.
Maak het gootje schoon m.b.v. het
meegeleverde krabbertje (zie afb.).