22
Hoe langer de slang en hoe kouder het
vertrek, hoe groter de kans is dat in de
slang vocht tot water condenseert. U
kunt voorkomen dat het water zich
ergens in de slang verzamelt of mogelijk
zelfs terug in de droger loopt: prik een
gaatje (3 mm) in het laagste punt van de
slang en zet of hang er een bakje onder
(zie figuur punt «B»).
Houd de slang zo kort
mogelijk en met zo
weinig mogelijk
bochten. Een erg
lange slang
beïnvloedt de werking
van de wasdroger
nadelig en geeft kans
op vorming van condenswater binnen de
slang.
Important:
Sluit de afvoerslang niet op een
bestaand kanaal aan.
De luchtverversing moet tenminste 150
m3/h kunnen bedragen.
De andere kant van de slang sluit u aan
op een muur- of vensterdoorvoer. Dat
doet u zodanig dat er geen regenwater
in kan lopen; dus overkappen of naar
buiten toe omlaag richten. Beveiligingen
tegen regen- en windinslag in
doorvoeren bestaan meestal uit
beweegbare klepjes of lamelletjes. Ze
kunnen bij sterke wind dichtslaan, of na
verloop van tijd niet meer open gaan
(roest, vuil). Dan hebt u een
afvoerprobleem, let daar dus op. Is het
vertrek op een sterke centrale afzuiging
aangesloten, dan kan die afzuiging
problemen veroorzaken. Is de benodigde
droogtijd veel te lang, schakel de
afzuiging dan uit of sluit het afzuigrooster
af tijdens het in werking zijn van de
droger. Indien de droger tussengebouwd
wordt, overtuigt u zich er dan van dat de
afvoerslang niet geknikt kan raken. Bij
een gedeeltelijk geknikte of beknelde
slang zal de benodigde droogtijd
toenemen en daarmee ook het
energieverbruik. Bij een totaal
geblokkeerde slang schakelt een interne
beveiliging tegen oververhitting het
verwarmproces automatisch uit.
Raadpleeg in dit geval ELGROEP
FABRIEKSSERVICE.
Deurdraairichting
Om het makkelijker te maken om het
wasgoed in of uit te laden kan de
deurdraairichting worden aangepast.
Het wijzigen van de deurdraairichting
dient te worden uitgevoerd door de
serviceafdeling.
Elektrische aansluiting
Deze machine is ontworpen om te
werken op 230 V, enkele fase, frequentie
van 50 Hz . Controleer of de elektrische
installatie in uw woning geschikt is voor
het maximale vereiste vermogen (2,6
kW); houd hierbij rekening met andere
apparaten die in gebruik zijn.
Sluit de machine aan op een stopcontact
met aarding, in overeenstemming met de
huidige bekabelingsvoorschriften.
Belangrijk:
De fabrikant kan niet aansprakelijk
gesteld worden voor schade of letsel
als gevolg van het niet opvolgen van
de bovenvermelde
veiligheidsvoorschriften. Indien de
stroomkabel moet worden vervangen,