31
STORING
Indien het apparaat niet of niet goed funkioneert,
kontroleer dan:
¥ of de steker goed in het stopkontakt zit;
¥ of de elektriciteit soms uitgevallen is;
¥ of de thermostaatknop op de juiste stand staat;
¥ en indien er water op de bodem van de koeler
ligt, of het afvoerkanaaltje soms verstopt is (zie
hoofdstuk ÒHet ontdooienÓ).
Kunt u de storing niet zelf lokaliseren en
verhelpen,raadpleeg dan de dichtsbijzijnde
servicedienst.
Geef daarbij altijd het model en het typenummer
van de kast op. Deze gegevens vindt u op het
garantiebewijs of op het typeplaatje dat zich
linksonder aan de binnenzijde van het apparaat
bevindt.
bewaar ze op een koele plaats;
2. omwikkel de levensmiddelen met meerdere
kranten en bewaar ze op een koele plaats;
3. laat de deur openstaan en plaats een teiltje op
het onderste rek van het koelkastvak onder het
afvoergaatje, haal de dop van de afvoer (zie
figuur);
4. droog na het ontdooien het vriesvak zorgvuldig
en sluit het gaatje weer af met de dop; bewaar de
schraper zodat u hem opnieuw kunt gebruiken;
5. draai de thermostaatknop in de gewenste stand
of steek de steker weer in het stopkontakt.
6. Na twee of drie uur kunt u de diepvriesprodukten
weer terugplaatsen.
Belangrijk:
Gebruik voor het verwijderen van de rijp nooit
metalen voorwerpen; u zou uw koelkast kunnen
beschadigen.
Geen voorwerpen of metodes gebruiken om het
ontdooiproces te versnellen die niet door de
fabrikant zijn aangegeven.
Temperatuurstijging van diepvriesprodukten kan
hun houdbaarheidsduur verkorten.
TECHNISCHE GEGEVENS
Efficiency-klasse B
94
0,70
256
16
20
Netto inhoud in liter van het vriesgedeelte
Energieverbruik in kWh/24h
Energieverbruik in kWh/jaar
Invriescapaciteit in kg/24h
Tijd om van -18¡C naar -9¡C te gaan per uur
Deze gegevens vindt u op het garantiebewijs of op het typeplaatje van het apparaat.