29
3.9- In het geval waarin in het vertrek zowel de afzuigkap als niet door elektriciteit aange-
dreven (b.v. gasapparaten) apparaten worden gebruikt, dient men te zorgen voor een
aangepaste ontluchting van het vertrek. Een juist gebruik zonder risico’s bereikt men
wanneer de maximum depressie van het vertrek de 0,04 mbar niet overschrijdt; men
voorkomt op deze manier een terugkeer van de vrijkomende gassen.
4 - INSTALLATIE
De afzuigkap kan op drie verschillende manieren aan de wand worden geïnstalleerd:
A - installatie van de kap met een ruggedeelte (optional)
B - installatie van de kap zonder ruggedeelte
C - installatie waarbij de schoorsteen op één lijn gebracht wordt met de bovenkant van de
hangkastjes. In ieder geval, om te voorkomen dat de af-zuigkap per ongeluk loshaakt, is het
altijd noodzakelijk voor de installatie van de schoorsteen te werk te gaan zoals aangegeven
wordt in de instructies.
Het volgende schema dient te worden gerespec-teerd:
4.1 - Montage van de ondersteunende beugels
4.2 - Montage van de afzuigkap
4.3 - Aansluiting op het elektriciteitsnet en controle van de werking
4.4 - Afzuig- of filteraansluiting
4.5 - Aansluiting van de telescoopschoorsteen
4.1 - Montage van de ondersteunende beugels. Installatie type A/B (fig. 2a-b)
1 - Trek op de wand een verticale lijn tot aan het plafond, in het midden van de zone waar de
afzuigkap gemonteerd gaat worden: dit dient voor de verticale opstelling op één lijn van de
onderdelen.
2 - Plaatsing van de beugels 1
Trek een horizontale lijn op een afstand tot de kookplaat van:
a) met ruggedeelte (fig. 2a): d = 200 + H, waarbij H = de hoogte in milimeters van het
zichtbare deel van het ruggedeelte; deze maat dient direct te worden genomen op het
bijgeleverde ruggedeelte, aangezien er verschillende soorten ruggedeelten worden geleverd.
b)zonder ruggedeelte (fig. 2b) d = minimaal 850 mm. Op de horizontale lijn de boringen
voor de bevestiging van de beugels 1 aangeven op een afstand Y = 100 mm tussen het midden
van de gaten van de beugels en het midden van de afzuigkap.
3 - Plaatsing van de beugels 2
a) Zet één van de beugels 2 tegen de muur op ongeveer 1 of 2 mm van het plafond of van de
bovengrens, terwijl U het midden ervan op de verticale lijn brengt.
b)Geef op de muur de twee ogen van de beugel aan.
c) Zet de andere beugel 2 tegen de wand op de verticale lijn, op een afstand X gemeten zoals in
fig. 2, op dezelfde hoogte als de bovenste halve buis S die bij de afzuigkap geleverd wordt.
De maat X kan verschillende waarden heb-ben, al naar gelang de verschillende beschikbare
lengtes van de bovenste halve buis.
d)Geef op de wand het midden van de ogen van de beugel aan.
4 - Met een boortje van Ø 8 mm alle aangegeven punten boren.
De beugels 1 - 2 goed vastzetten door gebruik te maken van de pluggen Ø 8 mm en de
bijbehorende schroeven.