WorkCentre 7500-serie - multifunctionele printer 25
Handleiding voor de gebruiker
3 Installatie en instellingen
In dit hoofdstuk worden de volgende onderwerpen behandeld:
Overzicht van installatie en instellingen ..................................................................................................................... 25
De software installeren ...................................................................................................................................................... 27
Zie ook:
Installatiehandleiding bij uw printer geleverd.
Handleiding voor de systeembeheerder op www.xerox.com/office/WC75xxdocs .
Overzicht van installatie en instellingen
Controleer voordat u gaat afdrukken of de stekkers van de computer en de printer in het stopcontact
zijn gestoken, of de computer en de printer zijn ingeschakeld en of ze zijn aangesloten op een actief
netwerk. De systeembeheerder moet de eerste instellingen van de printer configureren voordat de
driversoftware wordt geïnstalleerd. De driversofware en hulpprogramma's moeten op uw computer
worden geïnstalleerd.
Voor meer informatie over het configureren van de printernetwerkinstellingen raadpleegt u de
Handleiding voor de systeembeheerder op www.xerox.com/office/WC75xxdocs .
Fysieke verbinding
Gebruik een Ethernetkabel van het type Category 5 of beter om de printer op het netwerk aan te
sluiten. Een Ethernet-netwerk wordt gebruikt voor een of meer computers en ondersteunt vele
printers en systemen gelijktijdig. Een Ethernetverbinding is meestal sneller dan een USB-verbinding
en verschaft rechtstreeks toegang tot printerinstellingen via CentreWare Internet Services.
De printer aansluiten:
1. Sluit het netsnoer op de printer aan en steek de stekker in het stopcontact.
2. Sluit een uiteinde van een Ethernetkabel van het type Category 5 of beter aan op de
Ethernetpoort op de printer. Sluit het andere uiteinde van de Ethernetkabel op de netwerkpoort
aan.
3. Sluit een standaard RJ11-kabel, Amerikaanse kabeldiktemaat (AWG) nr. 26 of groter aan op de
printer en op een werkende telefoonlijn ter ondersteuning van de faxfunctie.
3