35
GEBRUIK VAN DE KOOKPLAAT
● De gebruikszones zijn goed zichtbaar afge-
tekend op de kookplaat.
● Het aanzetten, regelen en uitzetten van de
kookzones gebeurt door middel van de be-
dieningsknoppen op het fornuis; ze dragen
de nummers van 0 tot 6 of 0 tot 11. Bij elke
waarde op de knop hoort een corresponde-
rend kookvermogen.
● De kookplaat is voorzien van 4 signaallampjes
die aangeven dat de kookzones erg heet zijn.
Deze signaallampjes gaan aan zodra de kook-
zones zo heet worden dat ze verbrandingen
kunnen veroorzaken.
Deze indicatoren blijven ook na uitschakelen
van de overeenkomstige kookzones aan; ze
gaan pas uit wanneer de zones geen gevaar-
lijke temperatuur meer hebben.
GEBRUIK VAN DE DUBBELE KOOKZONE
U kunt de kookzone vergroten door een tweede
extra zone in te schakelen.
Om de tweede zone in te schakelen draait u de
bedieningsknop met de klok mee tot op de laat-
ste stand (voorbij stand 11) .
Stel het gewenste vermogen in (tussen 11 en 1).
Om de binnenste kookzone weer te gebruiken,
schakelt u uit en opnieuw in.