35
Maak het apparaat regelmatig met een doek en lauw water en neutrale schoonmaakproducten speciaal om
de binnenkant van de koelkast schoon te maken schoon. Gebruik geen reinigings- of schuurmiddelen.
• Gebruik geen stoomreinigers.
• Er wordt geadviseerd om nadat de plint aan de voorkant verwijderd is de condensator met een
stofzuiger schoon te maken (zie de Installatiehandleiding).
• De toetsen en het display van het bedieningspaneel (niet op alle modellen, op de deur van het
vriesgedeelte) mogen niet gereinigd worden met middelen op basis van alcohol of daarvan afgeleide
stoffen, maar met een droge doek.
• De slangen van het koelsysteem lopen in de buurt van de bak voor het dooiwater, en kunnen hoge
temperaturen bereiken. Maak de leidingen regelmatig met een stofzuiger schoon.
Vervangen van de lampjes
Let op:
• Sluit het apparaat altijd eerst van het stroomnet af alvorens de lampjes
te vervangen.
• Alvorens de lampjes te vervangen moet het beschermkapje, indien
aanwezig, verwijderd worden. Na het vervangen moet het
beschermkapje weer aangebracht worden.
• De lampjes in het apparaat zijn voorzien van een bajonetfitting.
• Het lampje van de ijsmaker en waterdispenser is daarentegen voorzien
van een gewone schroeffitting.
Vervang het lampje door een lampje met dezelfde eigenschappen dat
verkrijgbaar is bij de technische servicedienst en de erkende verkopers.
ONDERHOUD EN REINIGING
- Sluit het apparaat van het elektriciteitsnet af.
- Maak het apparaat leeg en laat de deuren van het apparaat op een kier staan zodat er lucht in de
verschillende gedeelten kan circuleren. Op die manier wordt de vorming van schimmel en luchtjes
vermeden.
- Als het apparaat is uitgerust met een automatische ijsmaker:
1. Sluit de watertoevoer naar de automatische ijsmaker.
2. Maak de ijsblokjeshouder leeg.
Stroomonderbreking
Houd de deuren van het apparaat gesloten in het geval van een stromonderbreking van maximaal 24 uur.
Op deze manier worden de levensmiddelen zo lang mogelijk koel gehouden. Verwijder, in het geval van
onderbrekingen die meer dan 24 uur duren, de levensmiddelen uit het product en sla ze in een voor de
conservering geschikt apparaat op.
ALS HET APPARAAT NIET WORDT
GEBRUIKT