12
4. Inbruikname
Verbind de vooruitschuifeenheid elektrisch met het
besturingsapparaat. Stekker (12) in bus (6).
De soldeerboutaansluitingen met het besturingsapparaat en
de vooruitschuifeenheid verbinden. Elektrische aansluitstek-
ker van de soldeerbout in de 7-polige aansluitbus (9) van het
besturingsapparaat steken en vastzetten. De draadgeleiding
in het verbindingselement (13) van de vooruitschuifeenheid
tot aan de aanslag brengen en met de klemschroef (17)
vastzetten. Leg de soldeerbout in de veiligheidshouder.
Sluit bij correcte netspanning het besturingsapparaat op de
elektriciteit aan (14). Zet het apparaat aan (1).
Soldeertinrol monteren
Demonteer de kartelmoer (19) van de soldeertinrolhouder.
Steek de soldeertinrol zo op de as dat de soldeerdraad naar
beneden wordt afgerold. Beveilig de soldeertinrol met de
kartelmoer en schuif het begin van de draad in de invoe-
ringsopening (18). Door de ”UP” en ”DOWN”-toets gelijktij-
dig te gebruiken wordt de soldeerdraad door de aandrijving
gepakt en met de max. snelheid getransporteerd.
Transporteer de soldeerdraad tot de soldeeerbouttoevoers-
proeier (22) verschijnt. De deksel van de vooruitschuifeen-
heid kan naar achteren geklapt worden om de aandrijfeen-
heid toegankelijk te maken als de soldeerdraad niet door de
aandrijving gepakt wordt. De twee vergrendelingselementen
van de deksel kunnen geopend worden door ze ongeveer
90° te draaien. Stel daarna het apparaat in zoals aangege-
ven in paragraaf ”Bediening en instelling”.
5. Potentiaal vereffening
Door een verschillende bedrading van de 3,5 mm palbus (8)
zijn 4 variaties te realiseren.
Hard geaard: zonder stekker
(uitleveringstoestand)
Equipotentiaal (impedantie 0
Ohm): met stekker,
compensatieleiding op het
middelste contact
Potentiaalvrij: met stekker
Zacht geaard: met gesoldeerde
weerstand. Aarding via de
gekozen weerstandswaarde.
6. Soldeertechnische aanwijzingen
Bevochtig bij de eerste keer opwarmen de selectief vertinde
soldeerstift met soldeertin. Hierdoor worden door het ops-
laan veroorzaakte oxidatielagen en vuil op de soldeerstift
verwijderd. Zorg er bij pauzes tussen het solderen en voor-
dat de soldeerbout wordt weggelegd altijd voor dat de sol-
deerstift goed voorzien is van soldeer. Bij zeer mild geactive-
erde vloeimiddelen (no clean) wordt voor het nat houden het
gebruik van Tip Aktivator aanbevolen.
De overgang tussen verwarmingslichaam/sensor en de sol-
deerstift mag niet door vuil, vreemde voorwerpen of bescha-
digingen beïnvloed worden, omdat dat een nadelige uitwer-
king heeft op de precisie van de temperatuurregeling.
Opgelet: Zorg er altijd voor dat de soldeerstift correct
geplaatst is.
De warmteoverbrengingsvlakken van verwarmingslichaam
en soldeerstift schoon houden.
De hete soldeerstift niet op de reinigingsspons of kunststo-
foppervlakken neerleggen.
De soldeerapparaten zijn voor een gemiddelde soldeerstift
c.q. sproeier afgesteld. Er kunnen afwijkingen ontstaan als
de stift vervangen wordt of als andere stiftvormen gebruikt
worden.
7. Toebehoren
005 13 120 99 Voetschakelaar
005 13 031 99 Tip Aktivator
005 28 126 99 FE-uitbreidingsset met WDH 30
Veiligheidshouder
Soldeerstiften:
005 44 403 99 LT A 1,6 mm beitel
005 44 405 99 LT B 2,4 mm beitel
005 44 407 99 LT C 3,2 mm beitel
005 44 443 99 LT ALX 1,6 mm gebogen
005 44 442 99 LT BX 2,4 mm gebogen
005 44 412 99 LT H 0,8 mm beitel
005 44 420 99 LT HX 0,8 mm gebogen
005 44 408 99 LT F 1,2 mm ronde afgeschuinde vorm
005 44 444 99 LT BB 2,4 mm ronde afgeschuinde vorm
005 44 445 99 LT CC 3,2 mm ronde afgeschuinde vorm
8. Leveromvang
Soldeerstation WSF 81 D5/D8
besturingsapparaat
vooruitschuifeenheid
WSF P soldeerbout
klein gereedschap
soldeerbouthouder
Elektriciteitskabel
Handleiding, veiligheidsinstructies
Technische wijzigingen voorbehouden!
De geactualiseerde gebruiksaanwijzingen vindt u bij
www.weller-tools.com.
Nederlands