U kunt ten allen tijde een overzicht
bekomen van het momenteel in voege
zijnde programma (ofwel de fabrieks-
instelling ofwel het door u aangepaste
programma).
Druk gedurende 1 sec. op de toets
PROGRAM/REVIEW. Door herhaaldelijk
op deze toets te drukken overloopt u het
ganse programma.
Opgelet: wanneer u gedurende 4 sec. op
de PROGRAM/REVIEW-toets drukt gaat
u over naar programmeer modus. In dit
geval drukt u SET/RETURN om dit op te
heffen.
2.5.3. Opheffen eigen programma en terugkeer naar fabrieksinstellingen
Om het door u gewijzigde programma te annuleren en terug te keren naar de fabrieksinstelling gaat u als volgt te werk:
Druk SET/RETURN om zeker te zijn dat het LCD-scherm in normale modus staat.
Druk en houd de PROGRAM/REVIEW toets ingedrukt, druk tegelijkertijd de SET/RETURN-toets gedurende ongeveer 10 sec.
in.
De gewijzigde gegevens worden gewist wanneer het display begint te knipperen.
Druk SET/RETURN om het LCD-scherm in normale status te brengen. Wanneer u niets drukt zal na ongeveer 10 sec. het
scherm automatisch naar normale status terugkeren.
2.6. Bediening van uw toestel
2.6.1. Manueel (on/off)
Druk op de MODE toets tot er ON op het LCD-scherm verschijnt. Samen met ON verschijnt ook FLAME en 1 vlam.
De waakvlam van uw toestel zal nu automatisch ontstoken worden: gedurende ongeveer 60 sec. zal er een vonk overslaan
tussen de ontstekingskaars en de waakvlam. Van zodra er een vlam gedetecteerd wordt stopt het vonken. Enkele seconden
later zal nu ook de hoofdbrander in kleinstand ontsteken.
OPM. Het kan zijn dat zich bij een nieuwe installatie lucht op de gasleiding bevindt en dat er in de tijdsspanne van 60 sec.
geen vlam wordt gedetecteerd. Het toestel slaat dan in veiligheid en moet ‘gereset’ worden.
Hiervoor drukt u driemaal op de MODE-toets tot er OFF op het scherm verschijnt.
Om opnieuw te ontsteken toets MODE indrukken tot er ON verschijnt. Deze procedure herhalen tot er een vlam wordt
gedetecteerd.
Eenmaal de waakvlam ontstoken en de hoofdbrander in kleinstand kunnen door middel van de toetsen FLAME en FAN
de
volgende functies worden bediend: Grootstand – kleinstand van de brander
Ventilator op grootstand – kleinstand
.
Telkens men op de respectievelijke toetsen drukt, wordt er geschakeld tussen kleinstand/grootstand of omgekeerd.
Om het toestel opnieuw uit te schakelen drukt u op MODE tot er OFF verschijnt. De waakvlam alsook de hoofdbrander
zullen doven. Na het doven van het toestel blijft de ventilator in werking tot de restwarmte volledig benut is.
enkel bij toestellen voorzien van een ventilator