5
RUITEN, GLASWERK EN
SPIEGELS
Ruiten, lampglazen en spiegels
182
Inklembeveiliging op ruiten en
zonneschermen
182
Resetprocedure voor de inklem-
beveiliging
183
Elektrisch bedienbare ruiten
184
Elektrisch bedienbare ruiten
184
Zonnescherm gebruiken*
186
Achteruitkijkspiegel en buitenspiegels
186
Dimfunctie van spiegels aanpassen
187
Kanteling van buitenspiegels afstellen
188
Panoramadak*
190
Panoramadak* bedienen
191
Automatische sluiting van zonne-
scherm van panoramadak*
194
Wisserbladen en sproeiervloeistof
194
Voorruitwissers gebruiken
195
Regensensor gebruiken
196
Geheugenfunctie van de regen-
sensor activeren en deactiveren
197
Voorruit- en koplampsproeiers
gebruiken
197
Achterruitwisser en achterruits-
proeier gebruiken
198
Automatische activering achterrui-
twisser bij achteruitrijden
199
STOELEN EN STUURWIEL
Handmatig bediende voorstoel
202
Elektrisch bedienbare* voorstoel
203
Elektrisch bedienbare* voorstoel
verstellen
203
Stand opslaan voor stoel, buiten-
spiegels en head-updisplay*
204
Opgeslagen stand voor stoel, bui-
tenspiegels en head-updisplay
gebruiken*
205
Instellingen voor massagefunctie*
van voorstoel
206
Instellingen voor massagefunctie*
voorstoel aanpassen
207
Verlengbaar zitkussen* voorstoel
verstellen
208
Zijsteunen* voorstoel verstellen
209
Lendensteun* voorstoel verstellen
210
Passagiersstoel verstellen vanaf
bestuurdersstoel*
211
Rugleuning tweede zitrij omklappen
212
Hoofdsteun tweede zitrij verstellen
214
Achterbank tweede zitrij naar
voren/achteren*
216
Hellingshoek ruggedeelte tweede
zitrij aanpassen
217
In- en uitstappen derde zitrij*
218
Ruggedeelte derde zitrij omklappen*
219
Bedieningselementen op stuur-
wiel en claxon
220
Stuurslot
220
Stuurwiel verstellen
221