08 Starten en rijden
08
* Optie/accessoire, zie Inleiding voor meer informatie.
263
10. Start de motor van de ‘hulpauto’ en laat
deze enkele minuten draaien op een toe-
rental dat iets hoger ligt dan normaal,
ca. 1500 omw/min.
11. Start de motor in de auto met de uitge-
putte accu.
BELANGRIJK
Raak de aansluitingen niet aan tijdens de
startpoging. Er bestaat namelijk gevaar
voor vonkvorming.
12. Verwijder de startkabels in omgekeerde
volgorde - eerst de zwarte kabel en
daarna de rode.
> Zorg dat geen van de aansluitklemmen
aan de zwarte startkabel contact kan
maken met de pluspool van de accu of
met de aangesloten klem van de rode
startkabel!
WAARSCHUWING
•
De startaccu kan het zeer explosieve
knalgas produceren. Eén enkele vonk,
veroorzaakt door een onjuiste aanslui-
ting van een startkabel, kan volstaan
om de accu tot ontploffing te brengen.
•
De startaccu bevat tevens zwavelzuur
dat ernstige chemische brandwonden
kan veroorzaken.
•
Als u accuzuur in uw ogen krijgt of op
uw huid of kleren morst, moet u
onmiddellijk met grote hoeveelheden
water spoelen. Neem onmiddellijk con-
tact op met een arts, als u accuzuur in
uw ogen krijgt.
Gerelateerde informatie
•
Motor starten (p. 255)
Versnellingsbakken
Er zijn twee hoofdgroepen versnellingsbak-
ken. Handgeschakelde en automatische ver-
snellingsbakken.
•
Handgeschakelde versnellingsbak (p.
264)
•
Automatische versnellingsbak - Geartro-
nic (p. 265) en Powershift (p. 269)
BELANGRIJK
Om schade aan onderdelen van de aan-
drijflijn te voorkomen wordt de bedrijfstem-
peratuur van de versnellingsbak gecontro-
leerd. Bij gevaar voor oververhitting gaat
een waarschuwingssymbool op het instru-
mentenpaneel branden en verschijnt er
een displaymelding – volg in dat geval het
gegeven advies.
Gerelateerde informatie
•
Automatische versnellingsbak -
Geartronic* (p. 265)