12
Kapazitätsmessung
Achtung!
Entladen Sie jeden Kondensator, bevor Sie ihn mit dem Messgerät verbinden.
Beim Kurzschließen von Kondensatoren können energiereiche Entladungen
stattfinden. Berühren Sie nicht die Anschlüsse bei Kondensatoren mit Span-
nungen größer 35 VDC bzw. 25 VAC. Vorsicht Lebensgefahr!
Führen Sie keine Messungen an Kondensatoren durch, welche in Schaltun-
gen/Schaltungsteile eingebaut sind.
Zur Messung von unipolaren (Elko’s) und bipolaren Kondensatoren gehen Sie wie folgt vor:
a) Die Messanordnung (Anschluß der Messleitungen) entspricht der Widerstands-
messung. Betätigen Sie beim VC-840 ein weiteres Mal (von der Widerstandsmes-
sung aus dreimal) den blauen Zweitfunktionstaster rechts oberhalb des Drehschal-
ters. Das Messgerät schaltet von der Widerstandsmessung auf den Diodentest
(1x), auf die Durchgangsprüfung (2x) und schließlich auf die Kapazitätsmessung,
sichtbar durch das Symbol " " rechts in der Anzeige.
Beim VC-820 stellen Sie den Drehschalter auf " ".
b) Verbinden Sie nun die Messspitzen mit dem Kondensator. Beachten Sie bei der
Messung von Elektrolyt-Kondensatoren (Elko) "+" und " – " (Polung). Achten Sie
dabei auf eine ausreichende Länge der Anschlüsse und auf deren Sauberkeit.
Hinweise!
Bei der Kapazitätsmessung können Restkapazitäten von bis zu 1,5 nF ange-
zeigt werden, auch wenn kein Kondensator angeschlossen ist. Es wird daher
empfohlen, vor Beginn der Messung den Anzeigewert mit der "REL"-Taste auf
Null zu setzen.
Folgende Unterfunktionen sind einstellbar:
Festhalten des Messwertes "HOLD H" und Bezugswertmessung "REL".
Frequenzmessung
Zur Messung der Frequenz von sinusförmigen Wechselspannungen bis max. 10
MHz gehen Sie wie folgt vor:
a) Verbinden Sie die Messleitungen polungsrichtig mit dem ausgeschalteten Mess-
gerät. Die rote Messleitung wird mit dem Hz/V/Ohm – Eingang verbunden und die
schwarze Messleitung mit "COM" ( = Masse oder "-"). Achten Sie auf einen siche-
ren Sitz.
b) Stellen Sie den Drehschalter auf "Hz" und schalten Sie das Messgerät ein. Nach
einer kurzen Initialisierungsphase (alle Segmente) schaltet das Messgerät auto-
matisch in den kleinsten Messbereich, wobei hier bei der Frequenzmessung eine
manuelle Bereichswahl nicht möglich ist.
c) Verbinden Sie die Messspitzen mit dem Messobjekt.
d) Wird statt der Anzeige der Frequenz in "Hz" (kHz, MHz) die informative Anzeige
des Puls-Pausenverhältnisses bei TTL-Pegeln in "%" gewünscht, so betätigen Sie
einmal den Taster "Hz %". Die Anzeige reicht nun theoretisch bis 99,9 % bei einer
max. Auflösung von 0,1 %. Zur Frequenzmessung kehren Sie zurück, indem Sie
erneut einmal den Taster "Hz %" betätigen".
61
Capaciteitsmeting
Let op!
Ontlaad elke condensator voordat u deze met het meetapparaat verbindt. Bij
het kortsluiten van condensatoren kunnen energierijke ontladingen plaatsvin-
den. Wees voorzichtig in ruimten, waarin zich stoffen, brandbare gassen, dam-
pen of vloeistoffen bevinden of kunnen bevinden. fi Explosiegevaar!
Raak de aansluitingen bij condensatoren met spanningen groter dan 35 VDC
resp. 25 VAC niet aan. Pas op levensgevaar!
Voer geen metingen aan condensatoren uit die in schakelingen / schakelonder-
delen zijn ingebouwd.
Voor het meten van unipolaire (elko’s) en bipolaire condensatoren gaat u als volgt te
werk:
a) De meetconfiguratie (aansluiting van de meetdraden) komt overeen met de weer-
standsmeting. Druk nogmaals (vanuit de weerstandsmeting nog drie keer) op de
gekleurde ronde knop rechts boven de draaischakelaar. Het meetapparaat scha-
kelt van de weerstandsmeting over op de diodetest (1x), op de doorgangscontrole
(2x) en tenslotte op de capaciteitsmeting, zichtbaar door het symbool " "
rechts op het display.
Bij de VC-820 zet u de draaischakelaar op " ".
b)Verbind nu de meetstaven met de condensator. Let bij de meting van elektrolyt-
condensatoren (elko) op "+" en " – " (polariteit). Let daarbij op voldoende lange en
op zuivere aansluitingen.
Aanwijzingen!
De volgende subfuncties kunnen worden ingesteld:
Vasthouden van de meetwaarde "HOLD" H" en meting van de referentiewaarde
"REL".
Frequentiemeting
Voor het meten van de frequentie van sinusvormige wisselspanningen tot max.
10 MHz gaat u als volgt te werk:
a) Verbind de meetdraden met het uitgeschakelde meetapparaat, let daarbij op de jui-
ste polariteit. De rode meetdraad wordt verbonden met de Hz/V/ohm-ingang en de
zwarte meetdraad met "COM" ( = massa of "-"). Zorg dat de draden goed vast zitten.
b)Zet de draaischakelaar op "Hz" en schakel het meetapparaat in.Na een korte initia-
lisatiefase (alle segmenten zichtbaar) schakelt het meetapparaat automatisch naar
het kleinste meetbereik, waarbij hier bij de frequentiemeting een handmatige
bereikkeuze niet mogelijk is.
c) Verbind de meetstaven met het meetobject.
d)Als in plaats van de weergave van de frequentie in "Hz" (kHz, MHz) die informatie-
ve weergave van de impuls-pauzeverhouding bij TTL-niveau's in "%" is gewenst,
druk dan één keer op de knop "Hz %". De weergave is nu theoretisch voldoende
tot 99,9 % bij een max. resolutie van 0,1 %. Naar de frequentiemeting keert u terug
door opnieuw één keer op de knop "Hz %" te drukken".
