De instructies van de fabrikant voor de respectievelijke batterijen moeten nageleefd •
worden, alvorens ze op te laden.
Verkeerde toepassing (te hoge laadspanning, verkeerde polen, kortgesloten terminals) •
van de oplaadeenheid kunnen de batterij overladen of vernietigen. In het slechtste geval
kan de batterij exploderen en aanzienlijke schade aanrichten.
De laadeenheid mag niet onmiddellijk aangeschakeld worden na het binnenbrengen van een •
koude naar een warme ruimte. Condenswater kan uw toestel beschadigen of vernietigen.
Geef de lader tijd om op te warmen op kamertemperatuur zonder het aan te schakelen.
Noch dit toestel, noch de batterij is speelgoed en moet buiten het bereik van kinderen •
gehouden worden!
Onderhoud, aanpassing of herstellingen mogen enkel uitgevoerd worden door een •
deskundige/bekwaam atelier.
Indien er vragen zijn die niet beantwoord zijn in deze bedieningshandleiding, neem dan •
contact op met onze Technische Adviesdienst of andere deskundigen.
3. BEDIENINGSELEMENTEN
1. Stroomvergaarbak
2. Batterijvakken
3. Nummerknoppen
Druk op de respectievelijke nummerknop om een bepaald batterijvak te selecteren voor
het laden en de bedieningsmodus af te beelden.
4. Knop “Display”.
Druk op de knop “DISPLAY” om de beelden te selecteren van de laadstroom (in mA),
de verstreken tijd (in uur, min.), het terminalvoltage (in V) en de geaccumuleerde
capaciteiten (in mAh of Ah) tijdens het proces van laden en ontladen.
5. Knop “Stroom”.
Druk op de knop “CURRENT” om de hoeveelheid stroom te selecteren die moet
toegebracht worden (binnen de eerste 8 seconden nadat de batterijen ingevoerd
werden) in verschillende bedieningsmodi.
6. Knop “MODUS”
De knop “MODUS” moet eerst ingedrukt worden en gedurende 1 seconde
vastgehouden worden om de verandering van modus te activeren.
Het daaropvolgend drukken op de modustoets schakelt het verspringen in tussen de
modi “Laden”, “Ontladen”, “Test” en “Refresh”.
7. Er worden verschillende displaymodi getoond:
displays, laadstroom (mA), batterijvoltage (V), geaccumuleerde capaciteiten (mAh) of
de verstreken tijd (uur, min.).
8. Er worden verschillende bedieningsmodi afgebeeld.
34