40
CONTROLE/ONDERHOUD
• de gaskraan sluiten.
Rookgaskanaal reinigen :
• verwijder de trekonderbreker en
neem de rookgasspiraal uit het
afvoerkanaal. Het rookgasspiraal
ontdoen van alle onreinheden en
eventuele roetresten. Rein maken
met behulp van water en een
beetje detergent.
Brander reinigen :
• verwijder het deksel vooraan het
gasblok.
• de brander volledig uitbouwen. Ga
hiervoor als volgt te werk:
– de schroefverbinding van de
gasleiding (1) op het gasblok
losmaken.
– de schroef (2) verwijderen.
– het gasblok naar rechts ver-
plaatsen en de houder uit de
opening (3) nemen.
– de brander compleet uit de
verbrandingskamer nemen door
deze eerst voldoende te laten
zakken en dan pas langs voren
uit te nemen.
• reinig volledig de brander en de
waakvlam.
• nakijken van het thermokoppel,
waakvlaminspuiter en de
ontstekingselektrode.
• plaats de brander terug in de
omgekeerde werkvolgorde. Let er
wel voor op dat bij het terug
plaatsen van de brander in de
verbrandingskamer, de nok (1) wel
degelijk in de trechter (2) inge-
schoven wordt.
Brander en rookgasaf-
voer reinigen
Controle van de goede
werking
Kijk na elke controle/onderhouds-
werkzaamheden altijd de volgende
zaken na :
• Neem de gasboiler in bedrijf.
• Controleer de gasboiler op
dichtheed.
• Controleer de afvoer van de
rookgassen.