Symbolen op het display (nr. 1) van de afstandsbediening
Auto Slaap functie
Koelen Lamp functie
Ontvochigen
Turbo functie
Verwarmen
Ventilatie Slot functie
Luchtuitstroom Luchtstroomsnelheid
Timer
Koelen
Druk op de aan/uitschakelaar (nr. 2). Op het display (nr. 1) verschijnen de volgende symbolen:
Druk op de mode toets (nr. 5) en links op het display verschijnt het
volgende symbool: (Koelen). Stel met de temperatuur instellings
toetsen de gewenste temperatuur in. Druk op de temperatuur
instelling omlaag toets (nr. 3) en de in te stellen temperatuur gaat met
1°C per druk naar beneden. Of druk op de temperatuur instelling
omhoog toets (nr.4) en de in te stellen temperatuur gaat met 1°C per
druk omhoog.
Verwarming
Schakel het systeem in en selecteer op de afstandsbediening de verwarmingsfunctie (het zon
symbool) Selecteer met de Mode toets (nr. 5) op de afstandsbediening het zon symbool. Links
op de afstandsbediening verschijnt het volgende symbool: “ ”. Stel de gewenste temperatuur
in, bijv. 28 graden. Op het display verschijnt de ingestelde temperatuur en het AAN symbool
gaat knipperen, de buiten unit begint te draaien, de binnen unit gaat nog niet draaien. Naar
gelang van de buiten temperatuur kan het enkele minuten duren voordat de binnen unit
ventilator begint te draaien. Het kan tot zeker 30 minuten duren voordat de warme lucht uit de
binnen unit wordt geblazen.
Let op ! de ingestelde temperatuur wordt gemeten in de omgeving van de binnen unit. Indien u
de ruimte bijvoorbeeld tot 20 graden verwarmd wilt hebben, stel de temperatuur dan altijd
minimaal 4 graden hoger in, dus 24 graden Celsius. Op de buiten unit aan de aansluitingen de
achterkant en zijkant kan ijsvorming ontstaan, dit is normaal, het systeem gaat automatisch in
de ontdooistand om vervolgens weer verder te gaan met de verwarmingsfunctie.
Luchtstroomsnelheid en swing functie
Druk op de luchtstroomsnelheid toets (nr. 9) om de gewenste snelheid te regelen.
Op het display wordt de snelheid met het volgende symbool aangeduid:
1 zwart blokje betekent een lage luchtstroomsnelheid, 2 blokjes een
medium lucht stroomsnelheid en 3 blokjes de hoogste luchtstroomsnelheid.
Druk op de swing functie toets (nr. 6) om de luchtuitstroomklep op de gewenste stand in te
stellen. Indien het symbool knippert staat de luchtuitstroomklep in de swing stand, de klep gaat
constant heen en weer om zodoende de gekoelde lucht optimaal door de te koelen ruimte te
verdelen. Indien de luchtuitstroomklep vast gezet dient te worden, drukt dan nogmaals op de
swing functie toets (nr. 6), het symbool knippert niet en de klep blijft vast staan.