UIT GEHEUGEN
De verbranding vanaf het begin uitvoeren.
De ingestelde temperatuur wordt uit
veiligheidsoverwegingen gewijzigd naar
13°C (56°F).
De ingestelde temperatuur en de
omgevingstemperatuur worden gewist als
de stroomstoring langer dan 30 minuten
heeft geduurd.
Druk een willekeurige knop in om het
knipperen van de ingestelde temperatuur
en de omgevingstemperatuur uit te
schakelen.
Behoud dezelfde instelling als voor
de stroomstoring.
De instelling wordt gewist.
(zie pagina 85.)
De instelling wordt gewist.
(zie pagina 82.)
KORTER DAN 3
SECONDEN
Verbranding opnieuw
starten met dezelfde
instellingen als voor de
stroomstoring
Behoud dezelfde instellingen
als voor de stroomstoring.
Behoud dezelfde instelling
als voor de stroomstoring.
Behoud dezelfde instelling
als voor de stroomstoring.
IN GEHEUGEN
De verbranding vanaf het begin
uitvoeren.
Behoud dezelfde instelling als voor
de stroomstoring.
Behoud dezelfde instelling als voor
de stroomstoring.
De instelling wordt gewist.
(zie pagina 82.)
IN GEHEUGEN
UIT GEHEUGEN
Kinderslot (zie pagina 82.)
Instellingen tijd en datum (zie pagina 79.)
Automatische werking (zie pagina 85.)
Kinderslot (zie pagina 82.)
DUUR VAN DE
STROOMSTORING
GEBRUIK
ENERGIEZUINIGE
MODUS
AUTOMATISCHE
WERKING
KINDERSLOT
HERSTELSYSTEEM BIJ STROOMSTORINGEN
De kachel wordt uitgeschakeld, indien er zich tijdens de werking een stroomstoring voordoet. Zodra de
stroomstoring is verholpen, zal het apparaat automatisch herstarten met de volgende instellingen. Stel gewiste
instellingen opnieuw in zoals hieronder aangegeven.
WANNEER DE KACHEL IN BEDRIJF IS
Als de kachel niet in gebruik is en er doet zich een stroomstoring voor, dan zal het apparaat in principe opstarten met
dezelfde instellingen als voor de stroomstoring. Als de stroomstoring echter langer heeft geduurd dan 3 seconden
zullen de volgende instellingen worden gewist. Stel de instellingen opnieuw in.
WANNEER DE KACHEL NIET IN BEDRIJF IS
DE KACHEL UITSCHAKELEN
Zet de ON/OFF schakelaar in de “OFF” positie. De ON indicator zal gaan knipperen en vervolgens uit gaan. De
circulatieventilator en de ventilatormotor draaien gedurende ca. 3 minuten verder om de kachel af te koelen. Let
erop dat de indicator ON uitgaat wanneer de ventilator stopt.
LANGER DAN 3 SECONDEN