Maak de uitlaaklep steeds zorgvuldig vast. De klep
wordt door de trekveer teruggeklapt in de “DICHT”
positie !
De door de geleidestelen gegeven veiligheidsafstand
tussen huis en gebruiker dient steeds in acht te
worden genomen. Tijdens het verticuteren en
veranderen van rijrichting op bermen en hellingen
dient u bijzonder voorzichtig te werk te gaan. Let op
een veilige stand, draag schoenen met slipvaste
zolen en een lange broek. Verticuteer steeds dwars
over de helling.
Hellingen van meer dan 15% mogen om
veiligheidsredenen niet met de verticuteerder worden
bewerkt.
Wees bijzonder voorzichtig bij het achteruit bewegen
en trekken van de verticuteerder. Struikelgevaar
8. Instructies omtrent het juist
verluchten van het gazon
Voor het verticuteren is een overlappende werkwijze
aan te bevelen.
Bij het starten van de verticuteerder erop letten dat
het toestel op een effen ondergrond en niet in het
hoge gras staat.
Om een proper verticuteerpatroon te bereiken leidt u
de verticuteerder in zo recht mogelijke banen. De
banen moeten elkaar overlappen met enkele
centimeters zodat er geen stroken blijven staan.
Hoe vaak moet worden geverticuteerd hangt in
principe af van de groei van het gras en van de
hardheid van de grond.
De onderkant van het huis van de verticuteerder
schoon houden en afzetsels van gras en aarde zeker
verwijderen. Afzetsels maken het starten moeilijker
en doen afbreuk aan de verticuteerkwaliteit.
Op hellingen moet de verticuteerbaan steeds dwars
over de helling verlopen.
Voordat u controles van welke aard ook aan de
messenwals uitvoert zeker de motor afzetten. Denk
eraan dat de messenwals na het uitschakelen van de
motor nog enkele seconden blijft draaien. Probeer
nooit de messenwals te stoppen. Indien de
draaiende messenwals een voorwerp raakt, de
verticuteerder uitschakelen en wachten tot de
messenwals helemaal stilstaat. Controleer
vervolgens de toestand van de messenwals. Indien
die beschadigd is, moet hij vervangen worden (zie
10).
Leg de gebruikte aansluitkabel van het toestel in
vorm van bochten voor het gebruikte stopcontact op
de grond. Verticuteer al weggaand van het
stopcontact of van de kabel en let er op dat de
aansluitkabel van het toestel steeds binnen het
geverticuteerde gazongedeelte ligt om te voorkomen
dat de kabel door de verticuteerder wordt overreden.
9. Leegmaken van de opvangzak
Zodra tijdens het verticuteren grasresten blijven
liggen, moet de opvangzak leeg worden gemaakt.
Let op! Vóór het afnemen van de opvangzak de
motor stopzetten en wachten tot de messenkooi tot
stilstand is gekomen.
Om de opvangzak los te haken tilt u de uitwerpklep
met een hand op terwijl u met de andere hand de
opvangzak wegneemt.
10. Onderhoud
Onderhouds- en schoonmaakwerkzaamheden op de
verticuteerder alsook het afnemen van
bescherminrichtingen mogen enkel worden
uitgevoerd nadat de motor stopgezet en de
netstekker uit het stopcontact werd getrokken.
Een versleten of beschadigde messenwals moet
door een geautoriseerde vakman worden vervangen
(zie adres op de garantiekaart).
De verticuteerder mag niet met stromend water,
vooral niet onder hoge druk, worden
schoongemaakt.
Zorg ervoor dat alle bevestigingselementen
(schroeven, moeren enz.) steeds goed aangehaald
zijn zodat u veilig met de verticuteerder kunt werken.
Berg uw verticuteerder in een droge ruimte op. Voor
een lange levensduur is het aan te bevelen alle te
schroeven onderdelen alsook de wielen en assen
schoon te maken en vervolgens te oliën.
Door de verticuteerder regelmatig te onderhouden
zal hij niet alleen lang meegaan en doeltreffend
werken, maar zal hij u ook in staat stellen uw gazon
zorgvuldig en gemakkelijk te verticuteren.
Maak de verticuteerder, indien mogelijk, schoon
d.m.v. een borstel of vod. Gebruik geen
oplosmiddelen om vuil te verwijderen.
Aan het einde van het seizoen voert u een algemene
controle van de verticuteerder uit en verwijdert u alle
26
NL