6. Technische gegevens
Netaansluiting: 220-240 V ~ 50 Hz
Motorvermogen kW: 1,1
Bedrijfsmodus S3 15% 10 min
Compressor-toerental 1/min: 3550
Bedrijfsdruk bar: 8
Theor. aanzuigvermogen l/min: 160
Geluidsvermogen L
WA
in dB: 96
Geluidsdrukniveau L
pA
in dB: 81
Bescherming type.: IP20
Gewicht van het toestel in kg: 6,5
Bedrijfsmodus S3 - 15% - 10 min: S3 =
discontinu bedrijf zonder invloed van het
aanloopproces. Dit betekent dat tijdens een
periode van 10 min de max. bedrijfstijd 15%
(1,5 min) bedraagt.
Valori di emissione dei rumori
I valori del rumore sono stati rilevati secondo la
norma ISO 3744.
Esercizio
Livello di pressione acustica L
pA
97 dB(A)
Incertezza K
pA
3,3 dB
Livello di potenza acustica L
WA
81 dB(A)
Incertezza K
WA
3,3 dB
7. Aanwijzingen omtrent de
installatie
Controleer het toestel op transportschade.
Eventuele schade onmiddellijk aangeven
aan de vervoeronderneming waarmee de
compressor werd geleverd.
De compressor dient nabij de verbruikers te
worden geïnstalleerd.
Vermijd lange luchtkabels en
toevoerleidingen (verlengingen).
Let op droge en stofvrije aanzuiglucht.
De compressor niet in een vochtige of natte
ruimte installeren.
De compressor mag slechts in gepaste
ruimten (goed geventileerd,
omgevingstemperatuur
+5°C - +40°C) worden gebruikt. In de
ruimte mogen geen stof, zuren, dampen,
explosieve of ontvlambare gassen zijn.
De compressor is geschikt voor gebruik in
droge ruimten. In vochtige omgeving is het
gebruik van de compressor niet
toegestaan.
8. Montage en ingebruikneming
ƽ Let op!
Voor ingebruikneming het apparaat zeker
volledig monteren!
8.1 Netaansluiting
De compressor is voorzien van een netkabel
met veiligheidsstekker. Deze kan worden
aangesloten op elk veiligheidsstopcontact 230
V ~ 50 Hz dat beveiligd is door een zekering
van 16 ampère. Alvorens het apparaat in
gebruik te nemen dient u er zich van te
vergewissen dat de netspanning overeenkomt
met de bedrijfsspanning vermeld op het
kenplaatje van het apparaat. Lange
toevoerleidingen alsmede verlengkabels,
kabeltrommels enz. leiden tot spanningsverlies
en kunnen het starten van de motor beletten.
Bij temperaturen onder +5°C start de motor
eventueel moeilijk ten gevolge van stroefheid.
8.2 Uit-, inschakelaar (4)
Zet de in-, uitschakelaar (4) in stand 1 om in te
schakelen.
Om uit te schakelen de in-, uitschakelaar (4) in
stand 0 zetten.
8.3 Persluchtslang met snelkoppeling (3)
Aansluiten:
Schuif de nippel van uw pneumatisch
gereedschap de snelkoppeling in, de huls gaat
vanzelf naar voren springen.
NL
30